„Ondernemers moeten eigen ik managen”
TILBURG - Goede ondernemers zijn bouwers en doorzetters, aldus Jan Baan. In tevreden achteroverleunen ziet de bestuursvoorzitter van Cordys een vorm van luiheid. Wel geeft hij een waarschuwing: „Manage je ego.”
Jan Baan sprak woensdag samen met voormalig C&A-topman Ernest Brenninkmeijer tijdens het symposium ”Passie, geloof en ondernemen” op de Universiteit van Tilburg. Zij discussieerden mee over de vraag: Welke rol speelt religie op het handelen van ondernemers?Beide ondernemers zijn het erover eens dat ondernemingen geen religieuze signatuur moeten hebben. Vroeger lag dat volgens Brenninkmeijer anders. „Toen was het heel gebruikelijk om bij het eigen volksdeel te blijven. Wij gingen bijvoorbeeld naar een katholieke boekhandel. Dat is voorbij, zeker in de handel.”
Baan kent de verlokkingen waarmee bestuurders te maken krijgen. „Geld maken is heel mooi, maar het hebben kan lastig zijn. Je uitgaven stijgen, dus je wilt meer. Om dat mogelijk te maken, ga je steeds vaker naar de notaris. De persoonlijke lol ervan is niet zo groot.”
Ondernemers zijn een apart soort mensen, merkt Baan. „Ze dromen wat, ze denken wat. En ze geven nooit op. Ondernemers bouwen en zetten door. Veel mensen zeggen dan: „Wees toch eens tevreden.” Deze uitspraak duidt echter vaak op luiheid.”
Baan relativeert het belang van visie. „Visie is flauwekul. Hooguit kun je achteraf constateren dat je iets mooi hebt gezegd. Ondernemers zien wat anderen niet zien, maar het klopt niet altijd.”
Zelf ziet Baan toekomst voor Cordys. Het softwarebedrijf staat naar eigen zeggen op het punt van doorbreken. „Op dit moment verliezen we nog steeds geld. Voor een doorbraak hebben we nieuw eigen vermogen nodig. De vraag doet zich voor waar we dit vandaan halen. Als ik kijk naar de strenge wetgeving, sta ik niet te popelen om naar de beurs te gaan.”
Volgens Baan hebben ondernemers een sterk ego nodig, anders moeten ze geen eigen bedrijf beginnen. Toch schuilt hierin ook een gevaar. „Je moet je inzetten voor de organisatie, niet voor de bloemen. Echte leiders bedwingen hun eigen ik. Dat zijn meer werkpaarden dan sierpaarden.”
Aan maatschappelijk verantwoord ondernemen zitten grenzen, erkent Baan. „Als ik mijn medewerkers een leaseauto geef, ga ik niet vragen of ze ermee naar de kerk of naar de hoeren gaan.”
Zo kan een bedrijf ook niet alle klanten uitgebreid gaan beoordelen. „Een gokcentrum in Las Vegas schuif ik aan de kant, maar de wapenindustrie van bijvoorbeeld Boeing kan een goed doel dienen. Je kunt niet de verantwoordelijkheid van de hele wereld op je nek nemen. Ik heb al moeite genoeg om mijn eigen knelpunten op te lossen. Mijn tekortkomingen kunnen echter geen excuus zijn om dan maar te stoppen met zakendoen.”
Brenninkmeijer wilde fabrikanten altijd in de ogen kijken. „We bezochten regelmatig de productieplekken. Constateerden we bijvoorbeeld kinderarbeid of belastingontduiking, dan beëindigden we onmiddellijk de samenwerking. Bij kleinere vergrijpen gingen we in gesprek.”
De voormalig topman boog tijdens zijn loopbaan verder niet voor corrupte ambtenaren en verstrekte royale vergoedingen bij gedwongen ontslag. De telg van de invloedrijke familie achter de C&A-winkelketen vond houvast bij de katholieke sociale leer. „Dit denken vond zijn weerslag op de omgang met alle belanghebbenden.”