De bewindsvrouw stelt dat voor in de nota Gezinsbeleid die vrijdag in de ministerraad besproken zou worden. Ross wil af van „het taboe” dat op opvoedingsondersteuning rust.Ze wil in elke wijk een centraal punt voor vragen over opvoeden en opgroeien. De huidige consultatiebureaus moeten deze spilfunctie gaan vervullen. Ze zullen in de toekomst daarom Centra voor Jeugd en Gezin gaat heten. Ouders kunnen daar terecht met vragen over de opvoeding van hun kinderen tot 19 jaar. Naast de al aanwezige consultatieartsen zullen ook schoolartsen, maatschappelijk werkers en opvoedingsondersteuners zich in de centra vestigen.

Als ouders hulp bij opvoeding weigeren, zullen de bureaus jeugdzorg eerder tot verplichte opvoedingsondersteuning moeten overgaan, vindt Ross. Er zijn in ons land al mogelijkheden voor verplichte begeleiding van gezinnen, maar het kabinet vindt dat hulpverleners daar te weinig gebruik van maken.

Ross stelt in de nota verder voor om van elk kind een elektronisch dossier bij te houden. In geval van mogelijke misstanden kunnen hulpverleners snel overzicht krijgen van de problemen en van de eerder verleende hulp.

Ook wil de staatssecretaris komen tot een andere verdeling van de geldmiddelen voor jeugdzorg. Gemeenten met veel sociaal zwakke gezinnen moeten voortaan meer geld krijgen. Nu is het geld dat gemeenten krijgen voor jeugdzorg alleen afhankelijk van het aantal jongeren dat in een stad of dorp woont.