Kerk & religie

„Charismatisch erfgoed dringt als dwaling in”

PUTTEN - „In een charismatisch denkpatroon verspelen wij de reformatorische rijkdom van het sola gratia, sola fide, sola Scriptura en solo Christo.”

Van een medewerker
31 March 2006 08:35Gewijzigd op 14 November 2020 03:36
PUTTEN – Prof. dr. J. W. Maris was donderdag een van de sprekers tijdens de jaarlijkse conferentie van het Contact Orgaan Gereformeerde Gezindte. Het thema was: ”Geestesgaven. Niet los verkrijgbaar”. Foto Piebe Bakker
PUTTEN – Prof. dr. J. W. Maris was donderdag een van de sprekers tijdens de jaarlijkse conferentie van het Contact Orgaan Gereformeerde Gezindte. Het thema was: ”Geestesgaven. Niet los verkrijgbaar”. Foto Piebe Bakker

Op de jaarlijkse conferentie van het Contact Orgaan Gereformeerde Gezindte (COGG) gaf prof. dr. J. W. Maris donderdag een negatief antwoord op de vraag of vanuit een gereformeerde spiritualiteit ja kan worden gezegd tegen een grotere openheid naar een charismatische geloofspraxis. „Een dwaling is bezig de kerken van gereformeerd belijden binnen te dringen.”Prof. Maris, hoogleraar dogmatiek aan de Theologische Universiteit in Apeldoorn, realiseert zich dat hij scherpe taal gebruikt. De ernst van wat er zijns inziens gaande is en het gebrek aan serieuze reacties van degenen die pleiten voor charismatische integratie in het gereformeerde denken en leven, dringen hem ertoe. „Het lijkt alsof na de charismatische opschudding van het bed van de kerk in de jaren zestig -eerst onder protestanten, later ook in de Rooms-Katholieke Kerk- er nu een charismatische intocht in de orthodox-gereformeerde kerken wordt ingezet.”

In de ontmoeting tussen gereformeerd en charismatisch is het ijkpunt van de hoogste orde volgens prof. Maris de relatie tussen God en mens. „In onze spiritualiteit is alles óf gericht op de relatie met God óf op de ervaring van het mens-zijn in diepere en hogere dimensies. De charismatische spiritualiteit kenmerkt zich vaak door de drang te laten uitkomen dat jij er mag zijn en dat jij belangrijk bent, is gericht op de vervulling van onze eigen mogelijkheden. Er is een spiritualiteit die vol is met ervaringen, maar die niet te herleiden is tot de relatie met God.”

Prof. Maris werkte de Bijbelse normen uit die karakteristiek zijn voor het geestelijk leven. De grondwoorden daarvan zijn geloof en genade. „In het Bijbelse denken gaat het om het kennen van de Heere en Zijn betrouwbaarheid, niet om een geestelijke kwaliteit van leven die een reeks ervaringen van overvloed, van wonderen, van een hogere bestaanswijze binnen bereik brengt. Deze grondlijnen geven de hoogste perspectieven van de ervaring van Gods gemeente. Het relatiekarakter van de spiritualiteit mag niet uit het oog worden verloren.”

Welke plek de gaven van de Geest dan hebben in een Bijbelse spiritualiteit? Prof. Maris vindt dat in de pleidooien vanuit CV.Koers en de CHE vooral de ervaringsmatige kant wordt gezocht, terwijl het moet gaan om de opbouw van de gemeente. „De centrale plaats die Christus voor de gelovige heeft, moet het onmogelijk maken dat iemand op zijn eigen gaven gefixeerd kan raken. Paulus was niet onder de indruk van getuigenissen van bijzondere ervaringen. We moeten ons houden aan ons hoofd Christus.”

De hoogleraar betreurt het dat er een blinde vlek is voor het stellen van vragen bij de charismatische ervaringen. Hij meent dat er op het gebied van genezingen alle reden is te denken aan occulte ’wonderen’, terwijl gebedsministry wortelt in het werk van de psychotherapeut C. G. Jung. „Het gaat om de vraag of een verschijnsel uit God is of uit de duisternis. Wij moeten principieel vragen naar de bron van de ervaringen.”

De gereformeerd vrijgemaakte hoogleraar dr. B. Kamphuis, die een coreferaat hield, stelde dat onder meer Maris’ publicaties de bewering weerleggen dat er vanuit de gereformeerde theologie nog steeds geen antwoord is gegeven op de charismatische theologie. „Men bedoelt dat het niet het gewenste antwoord is…”

In kanttekeningen bij een referaat van de baptistendocent dr. H. Bakker protesteerde hij tegen de term ”streeptheologie”, volgens hem een naar etiket dat de discussie meteen eindigt. Hij erkende wel dat in de gereformeerde dogmatieken meestal te weinig plaats is voor de Geest. „Maar als bijvoorbeeld Calvijn aarzelt over het voorkomen van bijzondere Geestesgaven in de tijd na het Nieuwe Testament, hangt dat samen met de reformatorische notie van het verschil tussen heilsgeschiedenis en kerkgeschiedenis, waarvan de eerste beslissend en eenmalig was. De discussie moet worden gevoerd over de uitleg van de Bijbelteksten over de bijzondere gaven.”

De hervormde emeritus predikant ds. C. Blenk wees erop dat in de gereformeerde theologische traditie veel aandacht is geweest voor de Persoon en het werk van de Heilige Geest, zij het niet voor de bijzondere gaven. „Profetie en genezing hebben echter in de praktijk van het leven wel degelijk een plaats ingenomen, al werd er geen ophef over gemaakt.”

Tijdens de discussie lichtte prof. Maris zijn inzet nader toe. Hij wil niet zeggen dat tongentaal altijd met de duivel te maken heeft. „Men moet doorvragen naar de bron. Wat heeft tongentaal met jou gedaan? Strekte het tot verheerlijking van God, of was je er blij mee dat je het had? En wat betekent het eigenlijk? In tal van gevallen bleek het godslasterlijke taal te zijn.”

In het Nieuwe Testament heeft tongentaal volgens prof. Maris de legitimatiefunctie dat dezelfde Geest aan Israël, de Samaritanen en de heidenen was gegeven. „De Geest ging grenzen over. Dat geldt waarschijnlijk ook van 1 Korinthe 14, een gedeelte waar op de achtergrond het conflict met de joodse synagoge staat. Het is goed te verdedigen dat met ongelovigen daar ongelovige Joden worden bedoeld. Heeft tongentaal ook vandaag deze legitimatiefunctie?”

Komen in de benadering van prof. Maris de gaven niet „in de onderste lade” te liggen, vroeg iemand. De hoogleraar meent dat dit in het algemeen niet geldt. „In een levende gemeente functioneren de gaven van de Geest. Maar bedenk wel dat er meer worden genoemd dan tongentaal en genezing: onder andere leidinggeven, onderwijzen, dienen en profetie.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer