Colombia het gevaarlijkst voor activisten
PARIJS (ANP/AFP) - In Colombia zijn vorig jaar 47 mensenrechtenactivisten vermoord. Daarmee staat het Latijns-Amerikaanse land boven aan de lijst van gevaarlijkste landen voor verdedigers van de mensenrechten.
Dat staat in een jaarlijks rapport van de internationale mensenrechtenorganisaties FIDH en OMCT dat dinsdag is gepubliceerd.Wereldwijd stierven in 2005 117 mensenrechtenactivisten een gewelddadige dood. Het rapport noemt ook 1172 gevallen van mishandeling van activisten. In 92 gevallen was zelfs sprake van marteling. Volgens de FIDH is de onderdrukking van mensenrechtenactivisten wereldwijd toegenomen.
Volgens de FIDH blijft het opkomen voor de mensenrechten vooral in Latijns-Amerika een levensgevaarlijke bezigheid. Ook Argentinië, Bolivia, Brazilië, Ecuador, Guatemala en Haïti worden in het rapport genoemd als zeer gevaarlijke landen. Het ontbreekt in die landen volgens de FIDH aan politieke wil om daar iets aan te doen.
Het rapport rept verder van zeker 120 gevallen van willekeurige arrestatie en detentie in Azië, vooral in China, Iran en Nepal. Maar ook in de Filipijnen is de mensenrechtensituatie verslechterd. In Birma, Noord-Korea, Laos en Vietnam is het zo beroerd gesteld met de mensenrechten dat onafhankelijk toezicht niet mogelijk is, aldus de FIDH en de OMCT.
De grootste achteruitgang signaleren de makers van het rapport in Afrika. Vooral de Democratische Republiek Congo, Ethiopië, Sudan en Togo krijgen ervan langs. Maar het rapport is kritisch over vrijwel alle landen op het Afrikaanse continent, waar willekeurige arrestaties en mishandeling en verkrachting van politieke activisten aan de orde van de dag zijn. Vooral journalisten en vakbondsleiders zijn vaak het slachtoffer.