Maar als je in de hemel mag komen, zullen alle gevolgen van de zonden teniet gedaan zijn, alle ziekten en zwakheden, al de droefheid en straf. Ja, u bent verlost van de toekomende toorn, want dat is het deel van de verdoemden. U bent echter bevrijd van al die gevolgen. In de hemel zal een zaligmakend zien van God zijn. Zalig zijn de reinen van hart, want zij zullen God zien.Hier zien we alleen wat God niet is. Hij is niet onrechtvaardig, niet zwak, niet onwijs. Dan zullen wij Hem zien gelijk hij is. Omdat het zien zonder genieten weinig troost geeft, zal er een ware genieting van God zijn. U zult God zo ver genieten als uw natuur vermag. U bent wel versierd met de Goddelijke natuur, maar u hebt nog enige vlekken en smetten van de zonde die in u is.

In de hemel zullen alle smetten worden uitgewist en u zult de Goddelijke natuur hebben. Hier heeft u een genieting van God door middel van de instellingen, maar dan zult u Hem onmiddellijk genieten van aangezicht tot aangezicht en bovenmate. Hier een emmer, daar een zee.

Christoffel Love, predikant te Londen. (”Al de werken”, 1655)