De autoriteiten in Bagdad en Samarra stelden voor overdag een uitgaansverbod in om nieuw geweld te voorkomen. Politieagenten en militairen sloten belangrijke wegen af en bewaakten soennitische moskeeën. De bijzondere maatregelen moeten voorkomen dat Irak afglijdt in een burgeroorlog. Ze damden vrijdag het geweld in, maar stopten het niet helemaal.In Basra, waar geen uitgaansverbod gold, ontvoerden gewapende mannen drie jonge kinderen van het sjiitische parlementslid Qasim Attiyah al–Jbouri. Elders in Basra werden twee doodgeschoten mannen gevonden die behoorden tot de lijfwacht van het plaatselijke hoofd van de stichting die soennitische moskeeën en heiligdommen beheert. In een huis in Latifiyah ten zuiden van Bagdad werden vijf leden van een sjiitische familie door gewapende indringers doodgeschoten. En op een parkeerplaats in Sadr City, een sjiitische wijk in Bagdad waar gewapende aanhangers van de radicale sjiitische geestelijke Muqtada al–Sadr op straat de dienst uitmaken, vond de politie de geboeide lichamen van zes mannen die waren doodgeschoten.

Het Amerikaanse leger meldde vrijdag bij een inval samen met de Iraakse politie in een huis in het noorden van Bagdad een belangrijk lid van de groep Al–Qaida in Irak te hebben gedood. Het zou gaan om Abu Asma, ook bekend als Abu Anas of Akram Mahmud al–Mushhadani, een explosievenexpert die nauwe banden had met makers van autobommen in Bagdad.