Met deze laatste uitbreiding van 100 stuks komt het totale aantal sirenes uit op 4175, schreef de bewindsman woensdag in een brief aan de Tweede Kamer.Hoewel hij een punt zet achter de opbouw van het sirenestelsel, kunnen gemeenten op eigen kosten nog wel sirenes bijplaatsen. Het ministerie is bereid die te onderhouden en te beheren, zolang de gemeente maar voor de kosten ervan opdraait. Ondertussen zoekt Remkes naar nieuwe middelen om mensen te alarmeren, omdat het huidige systeem beperkte mogelijkheden heeft.

Zo loopt er nu een proef van twee jaar om mensen in een specifiek gebied via de mobiele telefoon te waarschuwen. In een tekstbericht, dat gelijktijdig via radiogolven wordt verstuurd naar alle mobieltjes in de buurt van een zendmast, staat wat de ontvanger moet doen. Dankzij deze techniek (cell broadcast) is het ook mogelijk mensen te bereiken die de sirene niet horen.

Het ministerie begon in 1997 met de plaatsing van de sirenes. Al met al heeft dat ongeveer 100 miljoen euro gekost. Dat is inclusief de honderd die nog moeten worden neergezet. De sirenes zijn in gebruik bij de regionale brandweerkorpsen. De instandhouding en het beheer ervan kosten jaarlijks zo’n 2,3 miljoen euro.

Tot nu toe zijn de sirenes bij zes incidenten gebruikt waarbij gevaarlijke stoffen vrijkwamen. Dat was in Rotterdam-Rijnmond, Amersfoort en in Midden- en Zuid-Limburg.

Het ministerie zal het huidige sirenestelsel tot 2017 handhaven en onderhouden, aldus Remkes.