„Religie is oorzaak van geweld én vrede”
RAVENSTEIN - Hebben geweld en religie met elkaar te maken? „Religie maakt krachten en energieën los die niet van deze wereld zijn.”
Diverse ideeën over dit thema stonden vrijdag tegenover elkaar tijdens een symposium over religie en geweld in het voormalige klooster Soeterbeeck te Ravenstein. Het seminar was georganiseerd door het Soeterbeeckprogramma, een onderdeel van de Radboud Universiteit te Nijmegen.„Religie is terug van weggeweest, maar ze is niet op een vrolijke manier teruggekeerd”, stelde prof. dr. J. Wils, hoogleraar theologische ethiek aan de Radboud Universiteit. Hij heeft het boek ”Sacraal geweld” geschreven, waarin hij aangeeft dat geweld een eigenschap van religie in het algemeen is.
Alle religies hebben volgens hem iets sacraals, iets heiligs. Toen hij vroeger als kind in de rooms-katholieke kerk van zijn woonplaats zat, dacht hij dat God Zelf in de kerk aanwezig was. Dat had voor hem iets aantrekkelijks en iets afschrikwekkends tegelijk.
Zo heeft volgens hem het heilige in elke godsdienst naast het aantrekkelijke ook iets huiveringwekkends. „In de schok van de mystieke ervaring wordt de gelovige geconfronteerd met de dubbelheid van het heilige. Het heilige maakt een inbreuk op onze realiteit. Het is niet uit te houden, het gaat voorbij onze grenzen. De ervaring van geweld is een essentiële religieuze ervaring.”
Dr. Wils maakte onderscheid tussen ”diepe” religies, die deze ervaringen kennen, en ”zachte” religies, die vooral moralistisch zijn, een verbinding hebben met de burgerlijke moraal en die tot voor kort toonaangevend waren in West-Europa.
Prof. dr. G. Maneschijn, emeritus hoogleraar ethiek aan de Theologische Hogeschool Kampen, was het niet met de stelling eens dat religie geweld kan veroorzaken. De moeilijkheid zit volgens hem niet zozeer in de religie als wel in de menselijke soort.
„Het probleem is de religieuze mens zelf, die juist die ideeën uit een religie haalt die hem aanstaan. Niemand wordt als terrorist geboren, maar hij wordt het door frustrerende ervaringen in zijn leven. Terroristen overschrijden de drempel van beschaving naar bloedig geweld. Voordien waren het geen gewelddadige types, maar een ”goddelijk mandaat” brengt hen voorbij de grens van goed en kwaad.”
Prof. Maneschijn, die zei niet te geloven in het hiernamaals, is voorzichtig met geweldspassages in de Bijbel. Hij vindt het afslachten van de priesters door de profeet Elía fout en zei in de Bijbel meer over de relatie van geloof en geweld te hebben gelezen dan in de Koran.
’s Middags betoogde prof. dr. G. Wiegers, hoogleraar godsdienstwetenschappen aan de Radboud Universiteit, dat de revolutionaire theologie van de islam, die het terrorisme goedkeurt, in zeker opzicht nieuw is. „De vroegere jihad was gericht op gebiedsuitbreiding. Bij de moderne radicalen gaat het om een strijd tegen de in hun ogen verfoeilijke denkbeelden van het moderne westen, vol secularisering, rationalisering en onttovering. De radicalen vinden dat het Westen de islam onder druk zet. Hun verdediging van de islam loopt over in agressie.”
Prof. Wiegers stelde voor om vooral te luisteren naar moslims voor wie secularisatie en onttovering geen schrikbeeld vormen.
Met vuur spelen
Prof. dr. H. Häring, emeritus hoogleraar wetenschapstheorie en theologie aan de Radboud Universiteit, vindt dat religie een vuur is dat zowel een bron voor oorlogen als voor vredesprocessen kan zijn. Als voorbeelden van het laatste noemde hij de Bergrede en het werk van Martin Luther King.
Religie moet volgens hem met vuur blijven spelen, wil zij nuttig zijn. „Als je conflicten wilt helpen oplossen, kan het mis gaan, maar als je het niet doet, is religie niet meer dan een vrijetijdsbesteding.”
Hoe moet het verder? Prof. Wils: „Religies moeten leren leven met de wetenschap dat ze feilbaar, kwetsbaar en eindig zijn.”
Prof. Häring: „We kunnen niet verder op de oude voet. Willen we vrede of willen we de laatste catastrofe?”
Prof. Maneschijn: „Zeur niet dat het christendom verloren gaat en dat de islam een bedreiging is. Humaniteit gaat boven alles.”
Prof. Wiegers: „Protestantse groeperingen van een behoudende snit houden het ook uit, dus diepe religiositeit kan in deze samenleving bestaan. Voor moslims met diepe opvattingen moet ook plaats zijn.”