„Vrijspraak in zaak Hofstadgroep”
AMSTERDAM (ANP) - Een van de vermeende kernleden van de Hofstadgroep, Ismail A., moet door de rechtbank worden vrijgesproken van deelname aan een criminele organisatie met terroristisch oogmerk, van poging tot moord op een aantal politieagenten in het Haagse Laakkwartier en van het belemmeren van parlementariërs in hun werk.
Dat betoogde zijn advocaat R. van der Horst vrijdagmorgen voor de rechtbank. Het openbaar ministerie eiste woensdag twintig jaar celstraf tegen zijn cliënt. Van der Horst is echter van mening dat het OM niets concreets in handen heeft waaruit zou blijken dat de Hofstadgroep -Van der Horst benadrukte dat hij deze aanduiding consequent tussen aanhalingstekens zet- een criminele organisatie is.Volgens de advocaat staat het denken van mensen hier terecht. Het OM heeft voor de verdenking van deelname aan die criminele organisatie geen enkel concreet feit, stelt hij. „De rechtbank heeft het nadeel dat zij niet in de hoofden van de verdachten kan kijken. En zijn er daarom onvoldoende betrouwbare conclusies te trekken uit wat ze dachten en wat ze eventueel van plan zouden zijn geweest.” Van der Horst stelde dat het OM blijkbaar wel in de hoofden heeft kunnen kijken en dat de zaak daardoor „in een moeras is beland.”
De raadsman betoogde verder dat het dossier rond het vermeende terreurnetwerk is opgebouwd op basis van stukken van de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst (AIVD). „Daar heeft het OM een hypothese omheen gebouwd.” Van der Horst meent dat de rechtbank alle AIVD-stukken moet uitsluiten van bewijs, omdat de rechtmatigheid en de betrouwbaarheid ervan niet is te toetsen.
De 23-jarige A. werd op 10 november 2004 na een urenlange belegering aangehouden in de Antheunisstraat in Den Haag, waar hij samen met medeverdachte Jason W. verbleef. Bij de inval van het arrestatieteam gooide W. een handgranaat naar de agenten en verwondde daarmee vijf van hen.