Eis: werkstraf na brand in sporthal
ARNHEM - Een werkstraf van 240 uur en zes maanden voorwaardelijke celstraf. Dat hoorde de 21-jarige R. G. uit Kampen dinsdag tegen zich eisen. De man zou anderhalf jaar geleden een brandend bierkratje op het dak van sporthal De Reeve hebben gegooid, waardoor het complex volledig in de as werd gelegd.
Het openbaar ministerie eiste bovendien 140 dagen cel, de periode die de Kampenaar inmiddels al in voorarrest heeft uitgezeten. Justitie vindt verder dat de man een symbolisch bedrag van 1000 euro als ’schadevergoeding’ aan de gemeente Kampen moet betalen.Toen G. met een paar vrienden in de bewuste avond van 12 augustus 2004 bij de sporthal stond, stak een kompaan van de 21-jarige een kratje in brand. G. pakte het ding en gooide het vervolgens op het dak van het complex. Het gebouw brandde volledig af. Ook een transformatorhuisje moest eraan geloven, waardoor een deel van Kampen zonder stroom kwam te zitten.
Het sportcomplex wordt dit jaar herbouwd, op kosten van de verzekering. Daarmee zijn miljoenen gemoeid.
De Kampenaar werd door de rechtbank in Zwolle vrijgesproken. De rechters oordeelden dat er geen sprake was van opzettelijke brandstichting, iets wat justitie G. wel ten laste had gelegd. Het openbaar ministerie, dat twee jaar cel, waarvan acht maanden voorwaardelijk, had geëist, ging in hoger beroep.
G. stelde tijdens de zitting van het hof dat de bierkrat niet meer in brand stond toen hij het op het dak gooide. „Ik dacht dat alle vlammen uit waren”, verdedigde de man zich. De 21-jarige stelde de krat te hebben weggesmeten omdat hij niet wilde dat iemand weer het ding zou aansteken.
De openbaar aanklaagster gaf toe dat de Kampenaar niet van plan is geweest doelbewust brand te stichten. Maar G. was wel zeer onoplettend, stelde de advocaat-generaal. „Meerdere mensen zeiden nog dat de krat brandde. Verdachte heeft nooit gekeken of het vuur wel helemaal uit was.”
De aanklaagster vond het echter niet nodig om tegen G. een celstraf te eisen. De Kampenaar heeft zijn leven weer redelijk op orde. Met een gevangenisstraf zou de man alles kwijtraken.
Uitspraak 7 februari.