In het eerste deel van het requisitoir stond het openbaar ministerie uitgebreid stil bij de granaataanval en de daaropvolgende urenlange belegering van de portiekwoning. Die mondde uit in de arrestatie van Jason W. en zijn kompaan Ismaïl A. Bij de overmeestering werd W. in zijn schouder geschoten. Hij volgde niet onmiddellijk het bevel op om zijn armen omhoog te steken.De aanklagers Plooy en mr. A. van Dam veegden de vloer aan met W.’s verklaring dat hij in paniek de granaat naar het arrestatieteam heeft gegooid. Nadat het arrestatieteam (AT) zich met veel kabaal had gemeld en de deur had opengeramd, wierp W. een granaat naar buiten. Die verwondde vijf leden van het AT.

Weloverwogen plan
Plooy betoogde dat aan het gooien van de granaat een weloverwogen plan ten grondslag lag. Daarmee is er sprake van poging tot moord. De aanklager citeerde uit door de AIVD afgeluisterde gesprekken. Daaruit wordt volgens het OM duidelijk dat het duo ernstig rekening hield met een inval van de politie. Zo hadden de twee vermeende moslimterroristen een beddenspiraal tussen de buitendeur en een binnenmuur geklemd.

Ook zijn zeer belastende uitspraken van Ismaïl A. op de band vastgelegd. Zo zegt hij: „Jij wacht tot ze binnenkomen en dan doe jij er eentje gooien, ja.” Aanklager Plooy: „Kennelijk was het de bedoeling de politie op te wachten om die vervolgens met een granaat te bekogelen.”

Het OM houdt Ismaïl A. net zo goed verantwoordelijk voor het gooien van de granaat naar het arrestatieteam. Bewijs daarvoor put justitie ook weer uit de afgeluisterde gesprekken. Tijdens de belegering in de Antheunisstraat gebruikt A. bijvoorbeeld de wij-vorm: „Lof zij God dat wij dit hebben gedaan.” En: „Wij hebben eentje van hen gedood.” Dergelijke opmerkingen, aldus het OM, tonen aan dat Ismaïl A. zich „volledig heeft vereenzelvigd” met de daad van zijn makker Jason W.

Opvallend is dat Jason W. na het gooien van de eerste granaat nog eenzelfde granaat in handen hield. Dat beweert althans een lid van het arrestatieteam. Die AT’er heeft tijdens de eerste poging om het tweetal te overmeesteren, in de vroege morgen, twee schoten afgevuurd. De AT’er verklaarde uit noodweer te hebben gehandeld. „Het hele AT rond mij was verdwenen. Ik moest zorgen dat er niet nog een granaat naar ons werd gegooid.”

Voor het OM is het zo klaar als een klontje dat de granaataanslag is gepleegd met terroristische motieven. Dat blijkt bijvoorbeeld uit dreigementen waarbij Jason W. en Ismaïl A. zeggen de wijk met 20 kilo explosieven op te blazen.

„Griezelig gebruiksgereed”
Het OM ging maandag ook nadrukkelijk in op de arrestatie van Nouredine el F. Hij werd vorig jaar zomer in Amsterdam aangehouden met een doorgeladen machinepistool in een rugzak. El F.’s bewering dat hij het wapen in een park had gevonden, verwijst het OM naar de prullenbak. Volgens de aanklagers was het wapen „griezelig gebruiksgereed” en moet niet worden uitgesloten dat de extremistische Marokkaanse jongeman bezig was „met een zoektocht om te doden.” Tegen een medegevangene zou El F. hebben verklaard dat hij de Kamerleden Wilders en Hirsi Ali wilde vermoorden.