Alle fracties vinden dat de bewindsman meer moet doen om babysterfte terug te dringen. Om dat te kunnen, moet er eerst duidelijkheid zijn over de oorzaken, zo sprak de Kamer dinsdag uit tijdens een debat met Hoogervorst en staatssecretaris Ross.Vorig jaar stierven er in ons land ruim 1500 baby’s. Onder babysterfte, officieel perinatale sterfte geheten, wordt verstaan het sterven van ongeborenen vanaf 28 weken zwangerschap tot net na de geboorte.

In absolute getallen is de perinatale sterfte sinds 2001 aanzienlijk afgenomen, zo deelde minister Hoogervorst donderdag mee. In 2001 bedroeg de sterfte 1874 baby’s en in 2005 1513. Dat is een daling van zo’n 20 procent. De Tweede Kamer was daar niet van onder de indruk omdat de babysterfte in ons land ondanks de daling, nog aanzienlijk hoger blijft dan het gemiddelde in andere Europese landen.

Volgens minister Hoogervorst heeft het hogere sterftecijfer te maken met het feit dat in Nederland geen abortussen plaatsvinden na 24 weken. Ook heeft Nederland een terughoudend beleid om pasgeborenen met ernstige aandoeningen koste wat het kost in leven te houden. Verder zou er meer babysterfte voorkomen bij allochtone vrouwen.

De fracties vonden deze analyse van de minister onvoldoende gebaseerd op feitelijke onderzoeksgegevens en eisten dat de minister zou ingaan op de wens van de Stichting Perinatale Registratie Nederland Stichting (SPRN) om 350.000 euro uit te trekken voor een onderzoek.

De bewindsman gaat daar niet op in. Hij wil liever samenwerken met het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM). Die onderzoekt momenteel of er bepaalde zaken in ons land ten onrechte niet worden onderzocht. Hoogervorst zal daarna bekijken welk aanvullende onderzoek nodig is om de oorzaken van babysterfte in kaart te brengen. Het RIVM-onderzoek is pas eind dit jaar klaar.

De bewindsman zal het RIVM in ieder geval vragen uit te zoeken wat er klopt van berichten dat huwelijken van neef en nicht in allochtone kring leiden tot een hogere kans op perinatale sterfte en kinderen met handicaps. Ook komt de minister met een notitie waarin hij ingaat op verhoogde risico’s die allochtone vrouwen lopen.

Verder is de Tweede Kamer donderdag akkoord gegaan met invoering van een uitgebreide hielprik bij pasgeborenen. Daarmee kunnen medici behandelbare en zeldzame ziektes in een vroeg stadium opsporen. De invoering van de uitgebreide hielprik gaat 1 januari 2007 in. De Tweede Kamer en staatssecretaris Ross zijn het er over eens dat de hielprik in principe alleen behandelbare ziekten moet screenen.

Tegelijkertijd met de uitgebreide hielprik wil Ross ook een gehoortest voor pasgeborenen invoeren. Ook daar stemt de Tweede Kamer mee in.