Opinie

Europa moet gas uit Afrika halen

De Europese expansie van de laatste jaren heeft geresulteerd in een vergrote afhankelijkheid van energie-import. De voor velen onverwachte crisis tussen Rusland en Oekraïne heeft weer eens bewezen dat grotere diversificatie noodzakelijk is. De 25 EU-leden doen er goed aan zich te heroriënteren op de rol van Noord-Afrika, stelt Cyril Widdershoven.

11 January 2006 10:14Gewijzigd op 14 November 2020 03:22
„De huidige crisis in het oosten moet worden aangegrepen om tot een effectieve en substantiële heroriëntatie van het Europese energiebeleid te komen.” Foto EPA
„De huidige crisis in het oosten moet worden aangegrepen om tot een effectieve en substantiële heroriëntatie van het Europese energiebeleid te komen.” Foto EPA

Op het moment zien de meeste EU-landen hun olie- en gasproductie verminderen, waarbij vooral de achteruitgang van de Noordzeeproductie zorgwekkend is. De incorporatie van diverse Oost-Europese landen in de EU heeft de totale energie-importafhankelijkheid van de EU met betrekking tot Rusland en de voormalige Sovjet-Unie (VSU) schrikbarend verhoogd. Grote delen van de energie verbruikt door de totaal ontredderde en verouderde industrieën in Oost-Europa worden aangeleverd door de VSU (Rusland, Kaspische regio).Op dit moment komt het merendeel van de energie-importen uit het Midden-Oosten en uit Rusland. De macht van Rusland, eigenaar van bijna het totale Oost-Europese pijpleidingnetwerk, is de laatste dagen duidelijk geworden. De Europese politici zijn weer eens flink geschrokken toen Rusland de kraan dichtdraaide.

Diverse analisten hebben hier echter jaren voor gewaarschuwd. De huidige positie van Rusland heeft de vorm aangenomen van een tweede OPEC, maar deze keer echter in de gassector. Het feit dat een groot gedeelte van het gasverbruik in West-Europa is gebaseerd op Russisch gas (Duitsland, Polen, Italië, Frankrijk) heeft de afhankelijkheid van Rusland negatief beïnvloed.

Internationale politiek en energieafhankelijkheid zijn onherroepelijk met elkaar verbonden. Het lijkt wel alsof de Europese leiders, inclusief minister-president Balkenende, de voeten van de Russische beer kussen. De laatste dagen is dit tevens duidelijk geworden toen in de media vertegenwoordigers van de Gasunie, het ministerie van Economische Zaken en andere organen over elkaar heen buitelden om maar een wit voetje bij Poetin te halen. Economisch gewin gaat hier weer voor potentiële veiligheidsrisico’s.

Aardig beestje
Analisten geven aan dat voor 2020 Rusland en de Kaspische regio meer dan 60 procent van alle energie-import door de EU zal leveren. Dit vloeit voort uit het blinde vertrouwen van politici in de betrouwbaarheid van Rusland als leverancier. In een tijd dat OPEC en het Midden-Oosten onder druk staan, wordt de Russische beer als een aardig beestje gezien.

De vervanging van OPEC-leveranties door VSU-leveranties heeft ons echter totaal overgeleverd aan de nukken van het Kremlin; zie de crisis met Oekraïne.

De meeste politici hebben echter geen aandacht geschonken aan Noord-Afrikaanse producenten, zoals Algerije, Libië, Egypte en Mauritanië. Deze landen hebben nog nooit hun gasleveranties op het spel gezet. Aandacht voor de geostrategische rol van Noord-Afrika is veel beter dan een totaal pro-Russisch beleid. Met minder dan 50 procent van het totale areaal van Noord-Afrika in kaart gebracht kan de regio al een substantieel deel van de Europese behoeften bevredigen.

Het valt ook geheel binnen de EU-mediterrane politiek-economische ontwikkelingen de komende jaren. Algerije, Libië en Egypte kunnen hierbij een cruciale rol vervullen. Niet alleen zijn er diverse grootschalige pijpleidingprojecten geïmplementeerd, nieuwe toevoerroutes staan al op het punt te worden geïnitialiseerd. Lng, door velen gezien als het wondermiddel, is al grootschalig aanwezig in Algerije en Egypte, terwijl Libië (Shell) mogelijkerwijs snel op de markt zal komen.

Meer pijn
De huidige crisis in het oosten moet worden aangegrepen om tot een effectieve en substantiële heroriëntatie van het Europese energiebeleid te komen. Het valt bijna niet uit te leggen waarom onze regeringsleiders de ene hand van de nieuwe Russische tsaar kussen, terwijl hij met de andere de gaskraan dichtdraait.

De EU heeft in 2000 al een rapport gepubliceerd, ”Security of Energy Supply”, waarin stond aangegeven dat de energie-importafhankelijkheid zal toenemen van 50 procent tot 70 procent in 2030. Indien wordt gekeken naar gasimport: Rusland levert 40 procent, Algerije 30 procent en Noorwegen 25 procent. In 2030 zal Rusland 60 procent leveren.

In een speech op het European Policy Centre (EPC) in Brussel waarschuwde voormalig EU-commissaris van Energie Loyola de Palacio al voor een te grote afhankelijkheid van Rusland. Dit is echter nooit tot de Europese leiders doorgedrongen.

De toekomst zal aantonen dat de klauwen van een beer pijn kunnen doen. Het lijkt wel alsof Europese leiders nog steeds een verwarmd ivoren torentje leven, zonder inzicht in geostrategische veranderingen. Russisch gas brandt hetzelfde als Noord-Afrikaans gas, de kostprijs verschilt echter substantieel.

De auteur is Midden-Oostenspecialist en olie- en strategisch analist.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer