„Diakenen zullen het drukker krijgen”
LUNTEREN - Er wordt gesnoeid aan de verzorgingsstaat. Diaconieën zullen het drukker krijgen, omdat meer mensen in de knel dreigen te komen.
Dat was zaterdag de boodschap op een landelijke toerustingsdag voor diakenen in Lunteren. De door de generale diaconale commissie (GDC) van de Hersteld Hervormde Kerk (HHK) georganiseerde bijeenkomst trok zo’n 150 diakenen uit het eigen kerkverband. Het thema van de dag was: ”Dienen, onze zorg…?”.De HHK is op dit moment bezig met het opzetten van diaconale organen op bovengemeentelijk niveau. Het is onder meer de bedoeling om diakenen te helpen bij de toerusting.
Ds. A. Kot, predikant in Schoonrewoerd en voorzitter van de GDC, trok in zijn referaat lijnen vanuit Matthéüs 25:31-46, waar Christus de gelovigen oordeelt aan de hand van hun werken. Het gaat hier, aldus de predikant, niet om de rechtvaardiging, maar om de heiliging: goede werken als vrucht van het geloof. „Geloof en werken gaan samen. Het is het verlangen van het wedergeboren hart om naar al Gods geboden te leven. De werken zijn het bewijs van de verlossing.” Hij verwees naar het bijbelboek Jakobus, dat spreekt over het tonen van het geloof uit de werken.
Het gaat in Matthéüs 25 om de werken van barmhartigheid: het geven van eten en drinken, verlenen van onderdak, verstrekken van kleren en bezoeken van zieken en gevangenen. Ds. Kot wees erop dat er in onze verzorgingsstaat lange tijd zo veel financiële regelingen waren dat de diaconieën niet altijd aan hun eigenlijke taak toekwamen, omdat ze geen gevallen van armoede tegenkwamen. Maar er breekt nu een andere tijd aan: „Er wordt gesnoeid aan de verzorgingsstaat en mensen dreigen in de knel te komen. De zorg voor elkaar zal meer en meer weer gaan behoren tot de taak van de diaconieën.”
De predikant vindt dat niet erg. „In het dienen van de naaste wordt Christus gediend, het is geen verspilling van tijd.”
Volgens de voorzitter van de GDC moet de hulp zich niet beperken tot gelovigen, maar zich, zo nodig, uitstrekken tot allerlei soorten mensen. „Begin er maar aan en wees niet bang dat u te veel doet. In de eerste christengemeente had men ook oog en oor voor elkaar. Christelijke barmhartigheid is niet zelden het middel om hen die buiten de kerk leven te winnen voor Christus.”
Om de diaconale omslag te bereiken moet er, aldus ds. Kot, een bewustwording plaatsvinden. Hij ziet hier een taak weggelegd voor predikanten en ambtsdragers.
De predikant hoopt dat er voldoende bewogenheid is bij diakenen en gemeenten. „Of leven we naar binnen gekeerd? Of heeft het materialisme zijn duizenden verslagen?”
Grenzen
J. J. Polder, voorzitter van stichting De Vluchtheuvel, ging in op de vele veranderingen in de zorg, onder andere de nieuwe zorgverzekering en de Wet maatschappelijke opvang (WMO). Hij zei steeds meer signalen te ontvangen dat diaconieën het drukker krijgen. Zijn inschatting is dat er bij de invoering van de nieuwe zorgverzekeringen nogal wat mensen in de lagere sociaaleconomische groepen in de problemen kunnen komen. Hij adviseerde de diaconieën om beleid te ontwikkelen en een buffer te vormen, zodat ze mensen kunnen helpen.
Polder wees er verder op dat het niet mogelijk is voor het kerkverband om eigen instellingen op te richten. Wel vindt hij het nuttig dat de HHK zo veel mogelijk participeert in instanties en instellingen.
Hij had ook een waarschuwing: omdat er zo veel op de diakenen afkomt, moeten ze de grenzen van het diaconaat duidelijk aangeven. „Het diaconaat is geen substitutie voor thuiszorg en dagopvang. Diakenen moeten ook niet voor psychiater spelen als er ergens problemen zijn. Diakenen zijn geen ouderlingen en diaconale zorg is iets anders dan pastorale zorg. Als diakenen in bestuurlijke instellingen participeren, moeten ze bestuurlijke voorzichtigheid aan de dag leggen. Tegenover georganiseerde zorgvragers en gemeentelijke overheden moeten ze hun positie duidelijk afbakenen”, aldus Polder.
Een diaken merkte op dat mensen niet te koop lopen met hun problemen. Polder: „Diakenen moeten scherp aanvoelen waar de nood is, want de drempels kunnen hoog zijn. Het is ook belangrijk dat door hun werk of door werk van vrijwilligers de problemen niet op straat komen te liggen. Daarom is het nodig dat ook vrijwilligers toerusting ontvangen.”