„Het is de vraag of Ford ver genoeg gaat om het bedrijf een realistische overlevingskans te garanderen”, aldus Glenn Reynolds, marktanalist voor de autosector van het economisch researchbureau Credit Sights in New York. Net als de Amerikaanse concurrenten heeft Ford meer productiecapaciteit dan nodig is voor de Noord-Amerikaanse markt.Bovendien heeft de fabrikant weinig zuinige modellen in de aanbieding en komt vooral de Japanse concurrentie met auto’s die jongere kopers aanspreken. Het aandeel van Ford (plus Lincoln en Mercury) op de Noord-Amerikaanse markt is gedaald van 25,6 procent in 1995 tot 17,4 procent in het afgelopen kwartaal. Vorig jaar noteerde Ford in de eerste negen maanden nog een winst van 1,8 miljard dollar (1,3 miljard euro). In dezelfde periode dit jaar werd een verlies geboekt van 2,2 miljard dollar (1,6 miljard euro).

In beginsel zijn topman Bill Ford en zijn naaste medewerkers het eens over het saneringsplan dat Mark Fields, manager voor Noord-Amerika, nu is voorgelegd aan het hogere management. Daarbij werd gisteren in Dearborn benadrukt dat er nog niet precies besloten is welke vestigingen er dichtgaan. Daarover lopen onderhandelingen met de verschillende staten over mogelijke opvang van mensen die zonder baan komen te zitten.

Fields heeft het saneringsplan ook al besproken met Gerald Bantom, vicevoorzitter van de autovakbond United Automobile Workers (UAW). Ford hoopt dat de vakbond bereid is op het gebied van ziektekosten dezelfde toezeggingen van de UAW te krijgen als General Motors eerder bereikte. „Je hoopt altijd dat zoiets nooit gebeurt, maar dat is in deze tijd van harde internationale concurrentie niet realistisch”, aldus Bantom.

Fordwoordvoerder Oscar Suris benadrukte gisteren dat veel details van het saneringsplan nog niet vastomlijnd zijn. In januari komt Ford met meer details. Volgens de Amerikaanse krant Detroit News zou het plan ook zeven topbestuurders van Ford de kop kosten.

Concurrent Volkswagen heeft eveneens met zwaar weer te kampen. De fabrieken in Duitsland draaien te langzaam. Gemiddeld duurt het 50 uur om een auto in elkaar te zetten, terwijl de concurrentie voor vergelijkbare modellen maar 25 uur nodig heeft. Een ander probleem bij het concern is de dure cao.

Dat zegt Wolfgang Bernhard, verantwoordelijk voor het merk Volkswagen bij het Duitse VW-concern, in een vraaggesprek met het Duitse blad Capital dat vandaag is gepubliceerd. „Volkswagen kan zo op termijn niet overleven”, aldus Bernhard. Het kost volgens hem zeker drie jaar om de nodige veranderingen aan te brengen.

De Volkswagenbaas is er geen voorstander van om onder het VW-merk luxe auto’s op de markt te brengen. Een fabrikant van massaproducten heeft het mis als hij denkt in luxe te kunnen vluchten omdat daar de winst groter is. De vette jaren in de luxesector zijn volgens hem binnenkort voorbij.

De Duitse VW-fabrieken danken hun huidige bestaan alleen nog aan vestigingen in het buitenland of aan subsidies binnen het concern die de verliezen compenseren. VW moet sneller gaan werken. De klanten willen de kosten van de productie niet meer betalen, aldus Bernhard.

Het Volkswagenconcern werkt aan een grote reorganisatie, die veel banen gaat kosten. Het zouden er zeker 10.000 zijn, maar Bernhard wilde geen aantallen noemen. Hij wilde alleen kwijt dat het „zonder grote veranderingen” niet meer gaat.