CIA en FBI sluiten ‘wapenstilstand’
Topfunctionarissen van de CIA en de FBI zijn een ’wapenstilstand’ overeengekomen tussen de twee Amerikaanse veiligheidsdiensten.
Steeds als er een lek of nalatigheid aan het licht kwam in verband met de aanslagen van 11 september, gaven de FBI en de CIA elkaar de schuld. Volgens bronnen die op de hoogte zijn van de gesprekken, is daar nu een eind aan gekomen, zo heeft de New York Times vrijdag gemeld.
Na een bijeenkomst vorige week met president Bush hebben FBI-directeur Robert Mueller en adjunct-directeur John McLaughlin van de CIA elkaar buiten het Oval Office ontmoet. Volgens functionarissen heeft Mueller het staakt-het-vuren voorgesteld en ging McLaughlin daarmee akkoord.
Een hoge functionaris van het Witte Huis zei dat de leiders van de FBI en de CIA zich realiseerden dat ze door elkaar te beschuldigen een punt hadden bereikt waarop ze zichzelf in diskrediet brachten. Het Witte Huis heeft volgens de functionaris niet bemiddeld in het overleg, maar het was wel duidelijk dat Bush niet gelukkig was met de strijd tussen de diensten.
De kloof tussen de internationale CIA en de nationale FBI bestaat al sinds de dagen van J. Edgar Hoover, die bijna vijftig jaar FBI-directeur was tot zijn dood in 1972. Het bestand lijkt al te hebben gewerkt. Nadat minister van Justitie John Ashcroft maandag de arrestatie van de vermeende terrorist José Padilla had aangekondigd, liet de CIA in een verklaring voor het eerst sinds de lekken blijken dat daarvoor was samengewerkt met de FBI.