„Geen racisme tegen Iraaks gezin”
TWEEDE EXLOERMOND - Het opstootje dat vrijdagavond ontstond bij de woning van een Iraakse asielzoeker in Tweede Exloërmond had geen racistisch motief. Dat heeft de Drentse politie maandag bekendgemaakt.
„Een uit de hand gelopen woordenwisseling, beslist niet meer”, aldus politiewoordvoerder R. Hallink. „De daders hebben wat kreten geroepen, maar tijdens het verhoor gaven ze aan dat dit alleen maar uit boosheid gebeurde en dat ze er geen racistische bedoelingen mee hadden. Dat verwachtten we ook niet. Er zijn wel meer buitenlandse gezinnen in het dorp, maar daar gebeurt nooit iets.”De 43-jarige asielzoeker Abdulmuttalib Ammed Lafi, een Palestijn die Irak ontvluchtte, woont inmiddels zo’n halfjaar met zijn vrouw Huda en hun vier kinderen in Tweede Exloërmond, een dorpje in de Drentse gemeente Borger-Odoorn.
In september werd hun huis aan de Anne de Vriesstraat met eieren bekogeld, tegelijk met meer huizen in dezelfde straat die door Nederlanders bewoond worden. Over dit incident kregen enkele jongens die vrijdagavond door de straat liepen een woordenwisseling met het Iraakse gezin.
De jongeren kwamen later terug om verhaal te halen. Daarbij sloegen ze Abdulmuttalib Ammed Lafi en zijn 16-jarige zoon Saleh en gooiden ze met straatklinkers een slaapkamerraam in. Op aanwijzen van de bewoners hield de politie twee jongeren, een van 16 en een van 20 jaar oud, aan op verdenking van openlijke geweldpleging.
Later die nacht werd het raam van de woonkamer ingegooid. Getuigen zagen enkele personen wegfietsen. De gearresteerde jongeren zijn zaterdagmorgen op vrije voeten gesteld.
Volgens coördinator L. Jonker van VluchtelingenWerk Drenthe in Emmen wil het asielzoekersgezin verhuizen. „Ook al waren het maar raddraaiers die hen lastigvielen, toch willen ze weg. Ze realiseren zich wat er had kunnen gebeuren als een van de stenen een kind had geraakt. Ze hebben in hun land van herkomst natuurlijk ook al het nodige meegemaakt. Lafi zegt dan ook: Ik ben wel wat gewend, maar voor mijn vrouw en kinderen wil ik veiligheid.”