Bij de opsporing van de verdachte is gebruik gemaakt van videocamera’s. Die opsporingsmethode is volgens advocaat–generaal Van der Velde rechtmatig. Advocaat T. van der Goot bestrijdt dit en wil vrijspraak voor zijn cliënt.

K.H. opereerde in de wijk Westeinde in Leeuwarden. Eind vorig jaar kwam in korte tijd een groot aantal meldingen over aanrandingen binnen. De politie besloot daarop videocamera’s te plaatsen in de wijk, wat uiteindelijk tot de aanhouding van de man leidde.

Omdat er maandenlang gefilmd is op de openbare weg en ten tijde van de plaatsing van de camera’s K.H. niet eens verdachte was, vindt Van der Goot dat de videobanden als bewijs uitgesloten moeten worden. Volgens de advocaat–generaal zijn de videobeelden gebruikt ter identificatie van de verdachte en niet als bewijs voor de strafbare feiten.

De rechtbank oordeelde in juli dat de inzet van videocamera’s rechtmatig is geweest. H. is toen veroordeeld tot een gevangenisstraf van achttien maanden waarvan zes voorwaardelijk. Op vrijdag 24 november komt H. vrij, het hof doet op 29 november uitspraak. Wanneer het hof de man een zwaardere straf oplegt dan de rechtbank, wordt H. weer opgesloten.