Congres VS hekelt winst olieconcerns
NEW YORK - „Als er bedrijven zijn die zichzelf verrijken en misbruik maken van de situatie ten koste van de Amerikaanse consument, dan moet er iets gebeuren”, aldus senator Bill Frist, leider van de Republikeinse meerderheidsfractie in de Amerikaanse Senaat.
Frist kondigde voor volgende week een hoorzitting aan om de oliemaatschappijen „aan de tand te voelen.”Doel van Frists verontwaardiging -gesteund door beide grote partijen- was de enorme winst van 9,92 miljard dollar (8,20 miljard euro) over het derde kwartaal die oliemaatschappij Exxon Mobil gisteren meldde. De maatschappij heeft in de eerste negen maanden van dit jaar al net zo veel verdiend als in heel 2004. Dat valt niet goed bij de Amerikaanse burger, die vóór de orkanen Katrina en Rita al werd geplaagd door gestaag stijgende energieprijzen.
De orkanen legden het grootste deel van de olie- en aardgasproductie in de Golf van Mexico plat en schakelden een kwart van Amerika’s raffinagecapaciteit langs de zuidkust uit. Dat betekende verder stijgende prijzen, die nu door Exxon Mobil worden ’vertaald’ in een stijging van 75 procent van de winst in vergelijking met hetzelfde kwartaal vorig jaar. „De oliemaatschappijen gedragen zich als struikrovers, terwijl de gewone burger gebukt gaat onder steeds verder stijgende kosten”, aldus Democratisch senator Chuck Schumer.
Het jaar 2006 is een verkiezingsjaar. Daarom scharen politici zich nu zonder omhaal achter de gedupeerde consumenten. Dennis Hastert, voorzitter van het Huis van Afgevaardigden, vroeg zich gisteren af of het Congres (Senaat en Huis van Afgevaardigden) de oliemaatschappijen niet kan verplichten om een deel van wat hij „exorbitante winsten” noemde te investeren in uitbreiding van de raffinagecapaciteit. De oliemaatschappijen hebben hier in de afgelopen twintig jaar geen nieuwe raffinaderijen meer gebouwd. De oliemaatschappijen verkondigen in alle toonaarden dat er geen sprake is van „woekerwinst”, maar dat dit alles slechts het gevolg is van de „normale werkingen van de markt.”