Blair maakt van EU-herfsttop informeel onderonsje
LONDEN - Voorzitter Barroso van de Europese Commissie noemt het een „communicatietop, geen onderhandelingstop.” Donderdag zijn de EU-regeringsaanvoerders bijeen voor een informeel beraad. Op opzienbarende resultaten hoeven we niet te rekenen.
Het conclaaf vindt plaats op initiatief van de Britse premier Blair, bij wie momenteel de halfjaarlijks roulerende regie over de Unie berust. Hij had aanvankelijk een tweedaagse ontmoeting in gedachten, maar in de agenda’s van een aantal collega’s paste het beter om de zaken af te handelen zonder een onderbreking voor de nachtrust. Het aantal uren dat beschikbaar is voor het eigenlijk werk, verandert niet, laat hij hierbij aantekenen, want het oorspronkelijke tijdschema voorzag erin dat op de eerste dag alleen de avond was gereserveerd en dat de volgende dag de deelnemers alweer vroeg zouden vertrekken. Niettemin wekt de inkorting de indruk dat het overleg hierdoor devalueert.Normaal reizen de delegaties uit de 25 lidstaten in oktober af naar Brussel. Maar bij gebrek aan onderwerpen heeft Blair van die gebruikelijke herfsttop ditmaal een onderonsje gemaakt, ver verwijderd van het EU-hoofdkwartier. Hij ontvangt zijn gasten op paleis Hampton Court, aan de rand van Londen. De vergadering begint om tien uur en zal rond zes uur eindigen.
Menigeen twijfelt aan het nut van deze sessie. Het informele karakter impliceert dat er geen besluiten worden genomen. Zelfs op schrift gestelde conclusies blijven waarschijnlijk achterwege. De aanwezige politici zullen de pers enkel mondeling inlichten over het verloop van de beraadslagingen.
In ieder geval zitten zij weer gezamenlijk aan tafel. Na de frontale botsing in juni over de meerjarenbegroting kan een bijeenkomst als deze misschien bijdragen tot het repareren van de toen aangerichte schade in de onderlinge verhoudingen. En Barroso acht het naar zijn zeggen erg belangrijk dat de leiders eens de gelegenheid krijgen frank en vrij te debatteren over de uitdagingen die hun pad kruisen.
Blair wil vooral praten over economische en sociale hervormingen, waarvan er in het Verenigd Koninkrijk reeds veel zijn verwezenlijkt. Hij probeert zijn eigen beleid van deregulering en marktwerking, ooit in gang gezet door Thatcher, voor te schrijven als heilzaam recept voor ook de rest van de Unie.
Drastische maatregelen zijn nodig met het oog op de globalisering en de vergrijzing, om toekomstige groei, welvaart en werkgelegenheid te waarborgen. Zonder ingrepen in de sfeer van de arbeidsmarkt en de uitkeringsstelsels raakt Europa achterop. De beoogde versobering betekent wel een aantasting van de verworvenheden. Maar ja, met bijna 20 miljoen werklozen kun je toch moeilijk spreken van een goed functionerend sociaal model, benadrukte de Britse minister van Financiën, Brown, kortgeleden nog eens richting de behoudende krachten op het continent.
Barroso, die met gevoel voor understatement „hier en daar een zeker europessimisme” constateert, onderschrijft de noodzaak van aanpassingen. „Handhaven van de status-quo is geen optie. We mogen ons niet verbergen voor de mondialisering, maar we moeten proberen die te vormen, te boetseren naar onze Europese waarden”, heet het in de benadering die hij vorige week schetste; en bij dat laatste denkt hij aan idealen zoals solidariteit en het uitbannen van armoede.
De nationale systemen verschillen. Een gesteggel in de trant van: het mijne is beter dan het jouwe, heeft in zijn visie geen zin. „Geen ervan biedt een oplossing voor alle problemen en laat zich overal toepassen.” Elk land dient op zijn eigen manier te moderniseren en daarbij verschaft de EU via coördinatie de mogelijkheid om te leren van elkaars ervaringen.
De reacties op de globalisering zijn niet hetzelfde. Dat toonde deze zomer de kwestie rond de import van goedkope textielproducten uit China aan. Frankrijk en de zuidelijke lidstaten zijn geneigd te vluchten in protectionisme, in het dichtgooien van de grenzen. Blair en Barroso daarentegen laten er geen misverstand over bestaan: zij bepleiten open markten en onbelemmerde concurrentie.
Brussel is overigens bereid de pijn die dat met zich meebrengt, te verzachten. In dat verband stelt de Commissievoorzitter voor een gemeenschappelijk solidariteitsfonds in het leven te roepen. Die financiële middelen zullen niet aangewend worden om ondernemingen overeind te houden die niet levensvatbaar zijn, maar om werknemers die hun baan kwijtraken doordat hun bedrijf de slag met de lagelonenlanden niet overleeft, te helpen op de arbeidsmarkt, bijvoorbeeld via scholing.
Om de kans op geruzie en stekeligheden op Hampton Court te verkleinen, heeft Blair in een brief aan zijn ambtgenoten een discussie over een ander actueel dossier, de meerjarenbegroting voor de periode 2007 tot en met 2013, voor morgen buiten de orde verklaard. In juni hekelde met name president Chirac de Britse korting op de jaarlijkse afdracht aan de EU, terwijl Blair op zijn beurt de Fransen op de tenen trapte door hun verzet tegen een verdere verlaging van de landbouwuitgaven als niet meer van deze tijd te aan te merken. De recente kritiek vanuit Parijs op het aanbod van eurocommissaris Mandelson, in het kader van de WTO-onderhandelingen over vrijhandel, om flink het mes te zetten in de subsidies voor de agrarische sector, bevestigt hoe gevoelig en controversieel het allemaal ligt.
Discussie of niet, Barroso heeft al aanzetten gegeven voor een compromis. Hij wijst het openbreken van de eerder vastgelegde afspraken over de landbouwpolitiek die gelden tot 2014, resoluut van de hand. Maar hij voelt er wel voor in de komende periode na te denken over een grondige herstructurering van het totale budget na die tijd en hij beloofde dat de Commissie in 2009 daarover ideeën zal presenteren. Verder oppert hij om vanaf 2009 op beperkte schaal verschuivingen aan te brengen in de geldstromen voor de landbouw: van rechtstreekse steun voor de boeren naar projecten die de economische ontwikkeling van het platteland bevorderen.
Blair heeft toegezegd dat hij in november met elk van zijn collega’s afzonderlijk de begrotingsproblemen zal bespreken. Hij streeft ernaar vervolgens op de top van half december een akkoord te bereiken. Maar dan moet morgen niemand de sfeer bederven door de geschillen weer aan te scherpen.