Bij inval eerst de peuters in veiligheid
DEN HAAG - Een zwaarbewapend arrestatieteam doet een inval in de Haagse Van Mierisstraat; buurthuismedewerkster Milla Ramdharie brengt in allerijl haar peuters in veiligheid. Tijd om bang te zijn heeft ze niet. „Ik heb de zorg voor de kinderen.”
De inval van de politie houdt de Schilderswijk in z’n greep. Op straat ziet het ’s middags nog altijd zwart van het volk. Nieuwsgierige buurtbewoners drommen uren na de politieactie samen rond de afzetting bij nummer 194. Voor de deur posten acht, negen potige ME’ers. Vuurwapen en wapenstok onder handbereik.Mannen in witte pakken verrichten op de vierde verdieping van het hoekappartement sporenonderzoek. Het raam staat open, het gordijn wappert in de wind. Af en toe brengen agenten in burger spullen naar een politiebusje. Nijntje kijkt vanaf een raam van het aangrenzende buurthuis SamSam toe. Eén ding staat vast. ’t Is hier niet pluis.
Milla Ramdharie van SamSam heeft de inval van nabij meegemaakt. Gedetailleerd beschrijft ze de gebeurtenissen. „Om kwart over elf stonden er ineens tientallen agenten aan de overkant van de straat, van wie een stuk of acht met kogelvrije vesten, geweren in de aanslag. Een bliksemsnelle actie. Twee politiebusjes sloten de straat af. We dachten eerst aan een drugsinval. Maar deze mensen waren daar te zwaar voor bewapend.”
Een kwartier later zou de peuteropvang -„de voorschool”- in het buurthuis uit gaan. Het pand grenst pal aan het appartementencomplex. Milla had op dat moment de zorg over een groep peuters van 2,5 tot 4 jaar. „Het lokaal bevindt zich aan de straatkant. Pal tegenover deze ruimte stonden die gewapende agenten. Ik realiseerde me wel dat het getrainde mensen zijn die gericht kunnen schieten, maar van de tegenpartij weet je dat natuurlijk niet. Bovendien hoor je altijd enge verhalen over verdwaalde kogels.”
Op de bovenverdieping van het buurthuis brak paniek uit. Turkse en Marokkaanse vrouwen die op dat moment Nederlandse les volgden, keken uit het raam en stonden onverwacht oog in oog met de zwaarbewapende politie-eenheid. „De vrouwen beefden over hun hele lichaam.”
De 45-jarige buurthuismedewerkster had verder geen tijd om na te denken. „Het enige waar ik aan dacht waren de kinderen. Het appartement grenst aan onze tuin. Ze zouden via de tuin zo ons lokaal kunnen binnenstappen.” Op het moment van de inval speelde een heel stel peuters buiten in de tuin.
Aandacht voor de kinderen had de politie niet, merkte Milla. „Terwijl het gevaar voor een gijzeling toch reëel is. Daar moet je toch helemaal niet aan denken.” De opbouwwerkster bracht de kinderen onder in een gesloten gymzaal, om ze vervolgens via een zijdeur in veiligheid te brengen. Korte tijd later haalde de politie een terreurverdachte uit het pand. Geboeid werd de man afgevoerd.
SamSam bood tijdens de politieactie onderdak aan de agenten. „We hebben het met koffie en cake gezellig voor ze gemaakt. Velen maakten een sanitaire stop in het clubhuis. „Ze hielden het niet meer. Die kerels waren al vanaf vijf uur in touw.”