Kerk & religie

De valse en de echte Calvijn

Calvijn is in de geschiedenis, veel meer dan Luther, het mikpunt geweest van kwaadaardige laster. De reformatiedeskundige prof. dr. W. Balke ruimde afgelopen zaterdag een aantal hardnekkige mythe op.

Kerkredactie
10 June 2002 10:33Gewijzigd op 13 November 2020 23:36

De hoogleraar was te gast op een bijeenkomst van de vereniging Protestants Nederland en sprak over ”Mythevorming in de geschiedenis van de Reformatie”. Terwijl Luther in Duitsland een nationale gestalte is, krijgen we bij Calvijn een heel ander beeld, zei Balke. „Calvijn is veel meer het mikpunt geweest van kwaadaardige laster enerzijds en legendevorming, die aan heiligenverering grenst, anderzijds. Door deze mystificatie dreigt het werkelijke beeld van Calvijn verloren te gaan.”

In het vervolg van zijn betoog ging Balke vooral in op de vertekeningen in de wetenschappelijke wereld de afgelopen 200 jaar. Zo laat de invloedrijke rooms-katholieke historicus en liberaal Lord Acton (1834-1902) Calvijn op een belangrijk punt precies het omgekeerde zeggen van wat hij werkelijk gezegd heeft, aldus Balke. „Lord Acton beweert dat het protestantisme en vooral het calvinisme volstrekt verbonden zijn met onvrijheid en onderdrukking. Hij gebruikt een merkwaardige argumentatie.” Balke liet zien dat „deze erudiete man” het beroemde slotcitaat uit de Institutie uit z’n verband rukt. Terwijl Lord Acton de reformator beschimpt als een vijand van vrijheid, treedt deze in werkelijkheid juist op als een pleitbezorger van vrijheid en geloofsvrijheid.

Vertekeningen zijn vooral gevaarlijk als een historicus veel invloed heeft. Lord Acton heeft school gemaakt en de geschiedschrijving in de twintigste eeuw ten aanzien van Calvijn uiterst negatief beïnvloed. Voorbeelden zijn volgens Balke de historici Jonathan Israël, die er in zijn recent verschenen ”The Dutch Republic” geen blijk van geeft Calvijn te hebben gelezen; de cultuurhistoricus Simon Schama die -evenals Lord Acton- de calvinistische onvrijheid onderstreept en de meer verlichte invloeden in de Nederlandse cultuur aan andere invloeden toeschrijft; de Amerikaanse kerkhistoricus Roland H. Bainton, die nota bene stelt dat onder Calvijn de protestantse vervolging tot een hoogtepunt kwam - terwijl in Genève slechts één man is geëxecuteerd, in tegenstelling tot de tallozen in Bern, Zürich, de lutherse landen en Nederland; en natuurlijk de godsdienstsocioloog Max Weber, die van alles over Calvijn beweerde zonder dit op deugdelijke gronden te bewijzen.

Tegen de vervalsingen plaatste Balke de historische Calvijn en hij noemde hem, in het spoor van de vooraanstaande Amerikaanse novelliste Marilynne Robinson, „één van de grootste historische figuren, van enorme betekenis voor onze westerse beschaving.” Volgens Balke gaat de reformator in zijn humaniteit zelfs boven Augustinus uit. Zijn commentaar op Genesis, om een voorbeeld te noemen, is een werk „vol vreugde en uitbundigheid”, zijn visie op de mens allesbehalve somber. En, illustreerde Balke tot slot, de hele opbrengst van de psalmberijming van Genève werd niet in eigen zak gestoken maar kwam toe aan de Hugenoten-vluchtelingen. „Zo’n klein perspectief leert ons hoe het kapitalisme in echt calvijnse geest werkte onder het directief van de liefde tot de naaste.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer