Monument voor verdronken dorpen in trek
MIDDELBURG - Gemeenten in Zeeland hebben grote belangstelling voor de plaatsing van een monument voor verdronken dorpen. Zowel in Reimerswaal als op Schouwen-Duiveland wordt gretig gereageerd op het besluit dat het provinciebestuur deze week nam om een herdenkingsproject op poten te zetten.
In Zeeland leeft al langer de wens om een monument voor verdronken dorpen in de provincie op te richten. Bijna nergens ter wereld zijn in de loop der eeuwen zo veel plaatsen in de golven verdwenen. Diverse stormvloeden hebben tientallen dorpjes en steden verzwolgen. Restanten bevinden zich diep in de bodem en spoelen af en toe bloot.
Gedeputeerde Staten van Zeeland besloten deze week bijna 100.000 euro uit te trekken voor een monument. De provincie heeft de Stichting Cultureel Erfgoed Zeeland (SCEZ) gevraagd de komende maanden een plan te ontwikkelen.
Het bericht was nog maar nauwelijks bekend of in Reimerswaal kwam de roep om het gedenkteken daar te plaatsen. „Als er ergens veel verdronken dorpen zijn, dan is het wel in onze gemeente”, aldus fractievoorzitter A. Jumelet van de ChristenUnie vrijdag.
In een brief aan het college stelt Jumelet voor dat de gemeente zich bij de provincie sterk maakt om het monument naar Reimerswaals grondgebied te halen. „De naam van Reimerswaal verwijst zelfs naar een verdronken stad. Reimeswaal was tot de zeventiende eeuw een welvarende stad tussen Tholen en Yerseke. Daar ligt nu de Oosterschelde.”
Behalve Reimerswaal heeft ook Schouwen-Duiveland belangstelling voor het project. SGP-fractievoorzitter G. E. Houtekamer vindt zonder meer dat het monument in zijn gemeente moet komen. „Wij hebben de oudste papieren”, zegt hij. „Schouwen-Duiveland heeft veel meer verdronken dorpen dan Reimerswaal.”
Het gemeentebestuur van Schouwen-Duiveland heeft in het verleden de provincie gewezen op een locatie voor een gedenkteken: de plompe toren bij Koudekerke. Houtekamer staat daar vierkant achter. „De kerktoren is het enige restant dat nog over is van het dorp dat daar in de zee is verdronken.”
De belangstelling onder Zeeuwse gemeenten voor een monument is groot, erkent directeur W. Scholten van de SCEZ. Hij verwacht niet dat die interesse zal uitmonden in een concurrentieslag. „Ik vind het juist leuk dat gemeenten meedoen. Wij gaan vanaf september inwoners, instellingen en gemeenten vragen om ideeën aan te reiken. Wat ons betreft mogen die voorstellen breed zijn, variërend van een plaquette tot land-art en een digitaal monument op internet.”
De SCEZ streeft ernaar dat het monument voor de verdronken dorpen op 5 november 2003 wordt onthuld. Scholten: „De keuze van die datum heeft te maken met een enorme stormvloed, de Sint Felix-Quade Saterdagh, die op 5 november 1530 plaatshad en waarbij vele dorpjes van de aardbodem werden weggespoeld.”