Dat meldde de VU maandag in een persbericht.Helemaal vast ligt dit aantal nog niet, zegt opleidingscoördinator prof. dr. H. M. Vroom desgevraagd. „Er kunnen er nog bij komen, er kunnen er nog afvallen.”

De bacheloropleiding duurt drie jaar in voltijd. Het programma omvat behalve bestudering van de historische islam en bezinning op de islam in de moderne tijd, bestudering van de context waarin moslims in Nederland leven en Arabisch. De opleiding zal in de toekomst als basis dienen voor verschillende masterprogramma’s met beroepsgerichte specialisaties, en voor een onderzoeksmaster, aldus de VU.

Voor de tweejarige masteropleiding islamitische geestelijke verzorging hadden zich meer dan veertig kandidaten (mannen en vrouwen) aangemeld. Volgens de universiteit heeft deze master daarmee „in één klap de grootste instroom van alle theologische opleidingen aan de VU bereikt.”

„Verreweg de meeste kandidaten zijn door de geschiktheidscommissie ontvangen voor een gesprek over hun motivatie voor geestelijke verzorging, hun kennis van de islamitische geloofsleer en ethiek (zogeheten fiqh) en hun inzicht in de Nederlandse samenleving.”

Op advies van de geschiktheidscommissie heeft de faculteit der godgeleerdheid „meer dan twintig” studenten tot de masteropleiding toegelaten, „een aantal met een premaster, met vakken waarin de Europese cultuur en andere religies aan de orde komen en vakken ter verdieping van de kennis van de islamitische geloofsleer en ethiek.”

Veel van de kandidaat-studenten hebben, aldus het persbericht, in Marokko, Turkije, Syrië of Egypte islamitische theologie en/of shariah gestudeerd en zijn na een aantal jaren in Nederland komen wonen. Bijna de helft van hen is op dit moment actief als geestelijk verzorger; de meesten preken regelmatig of gaan voor in de diensten in hun moskee. „De kandidaten geven aan dat zij het belangrijk vinden dat ze hun kennis van de islam verdiepen in de context van de Nederlandse cultuur.”

Binnen het recent aan de faculteit der godgeleerdheid opgerichte Centrum voor Islamitische Theologie (CIT) -waaronder de bachelor- en masteropleiding vallen- zijn drie universitair docenten aangesteld: dr. M. Aulad Abdellah, dr. A. Karagül en drs. F. Okumus. Zij hebben volgens de VU elk hun eigen thema voor onderzoek, dat aansluit bij het profiel van het CIT: ”islamitische theologie met een hermeneutisch en dialogisch accent”.

De VU benadrukt dat het doel van de masteropleiding „niet direct” is „imams op te leiden voor een aantal van rond de 420 moskeeën in Nederland”, maar „om een bredere groep moslims in staat te stellen zich op academisch niveau binnen de eigen traditie meer kennis van de islam eigen te maken.”

De belangstelling van de pers voor de colleges, die eerder deze maand van start gingen, is zeer groot, aldus de faculteit. Zij heeft daarom besloten slechts twee colleges open te stellen: komende maandag en dinsdag.

Minister Verdonk (Vreemdelingenzaken en Integratie) stelde eerder 400.000 euro subsidie beschikbaar voor islamitische organisaties en onderwijsinstellingen die een Nederlandse imamopleiding op poten willen zetten. Voor het eind van dit jaar moeten er uitgewerkte voorstellen liggen, waarna de opleidingen in 2006 kunnen beginnen. Vier jaar later moeten de eerste imams in Nederland afstuderen. De Tweede Kamer wil dat buitenlandse imams al vanaf 2008 geweerd worden.

In Lochem gaat half oktober een islamitisch-theologisch centrum van start, zo meldde de IKON-website zaterdag, op basis van de site maroc.nl. Initiatiefnemer is de Stichting Al-Islah (”de verbetering”).

Onderdeel van het centrum is een particuliere imam-opleiding. „Ook mensen (voorlopig alleen mannen) die extra kennis willen opdoen over de koran en de islam zijn welkom”, aldus woordvoerder M. Taghlaoui op de IKON-site. De locatie is het voormalige opvangcentrum voor alleenstaande minderjarige asielzoekers (AMA’s) aan de Ampsenseweg 8.

Tot afgelopen voorjaar was de Stichting Al-Islah gevestigd in Den Haag. De stichting heeft volgens Taghlaoui voornamelijk de Marokkaanse moskeeën als achterban.

Het Contactorgaan Moslims en Overheid (CMO) en de Sjiitische Islamitische Raad (SIR) willen per 1 september 2006 een eigen islamitisch instituut oprichten dat imams gaat opleiden. Ze willen dat samen met een van de universiteiten doen.

De Stichting Al-Islah heeft, aldus Taghlaoui, nog geen aanvraag ingediend bij het ministerie, maar is daar wel mee bezig. „De nieuwe locatie en het pand in Lochem spelen een heel belangrijke rol. Dit is echt wat we willen. Nu kunnen we professioneel met de aanvraag bezig zijn. We zullen er alles aan doen om aan de eisen te voldoen.”