Winterweer blijft onvoorspelbaar
DE BILT (ANP) – Het KNMI heeft de eerste brieven, e–mails en telefoontjes van bedrijven en organisaties al gekregen. Zij willen weten wat voor weer het deze winter wordt. Niet alleen de schaatsverenigingen zijn benieuwd, ook landbouw– en energiebedrijven willen weten hoe koud het gaat worden. Helaas moeten we iedereen teleurstellen, legt klimaatonderzoeker G.J. van Oldenborgh van het KNMI uit. „Weersverwachtingen op een termijn van maanden zijn een oude droom in de meteorologie".
De basis voor seizoensverwachtingen zijn relatief langzame veranderingen in de oceaan, de sneeuwbedekking en de vochtigheid van de bodem. Die beïnvloeden de weerpatronen. Het probleem is alleen dat juist de winter in Nederland zich door niets en niemand laat beïnvloeden en zijn eigen gang gaat, zegt Van Oldenborgh.Hij kent op dit moment voor de hele winter maar één effect dat een voorspellende waarde heeft: de aarde wordt gemiddeld warmer, dus ook Nederland. Net als in alle andere seizoenen is het hier in de winter de afgelopen eeuw ongeveer een graad warmer geworden. Maar de kans op koud winterweer is nog steeds groot: „De wintertemperatuur varieert veel meer van jaar op jaar dan de zomertemperatuur".
De Noordzee heeft een duidelijke invloed op de temperatuur in de winter. Na een periode van erg koud weer is ook de zee kouder dan normaal. Wind van zee is daarna nog wat koeler dan anders, zodat het vooral aan de kust de volgende maand ook kouder is.
Als de winter eenmaal begonnen is, maken de zogenoemde ’overgangsregels’ een voorspelling mogelijk. Die werken als volgt: Als december kouder was dan normaal, is de kans dat januari ook kouder dan normaal is 55 procent in plaats van 50. Als januari kouder was, heb je een kans van 60 procent dat februari ook kouder wordt. „Het blijft simpel redeneren".
De laatste tijd is er veel onderzoek gedaan naar de invloed van de stratosfeer, de atmosfeer boven 10 kilometer hoogte, op het winterweer. Als het koud is op die hoogte boven de Noordpool, houdt dat op dezelfde hoogte een sterke westelijke stroming om die pool in stand. Dit versterkt ook de westelijke stroming aan de grond. Het effect is het sterkst van maand op maand. „Het is alleen vervelend voor Nederland dat de sterke westelijke stroming voor zacht weer in Scandinavië zorgt en voor kouder weer in het Middellandse–Zeegebied en dat het effect hier precies nul is".
Het is duidelijk dat het gissen blijft naar het weer in Nederland. „De verwachting voor de komende winter is dus: het kan vriezen, het kan dooien", zegt Van Oldenborgh.,We weten na veel onderzoek wel waarom we het niet weten en blijven proberen het in de toekomst beter te doen".
Toch is het opmerkelijk dat we in Nederland zo weinig kunnen voorspellen, hoewel in grote delen van de wereld, vooral in de tropen en in mindere maten Noord– en Zuid–Amerika, wel zinvolle verwachtingen mogelijk zijn. Dat heeft te maken met het natuurverschijnsel El Nin_o, een periode waarin warm water zich ter hoogte van de evenaar langs de kust over een groot deel van de Stille Oceaan uitstrekt. De gevolgen van dat verschijnsel zijn tot in de wijde omtrek merkbaar. El Nin_o doet zich onregelmatig maar gemiddeld om de drie tot zeven jaar voor. „Het verschijnsel is een half jaar van tevoren goed voorspelbaar. Voor deze winter wordt geen El Nin_o voorzien", aldus Van Oldenborgh.