Het rapport meldde onder meer dat er een kleiner gebied radioactief is vervuild dan eerder werd gedacht en dat het aantal mensen dat aan de gevolgen van de ramp in Oekraïne uiteindelijk zal overlijden niet hoger zal liggen dan 4000.

Verscheidene lokale deskundigen verklaarden dinsdag echter dat het IAEA voornamelijk informatie heeft ingewonnen bij de autoriteiten en dat het door het vorige regime van ex-president Koetsjma op het verkeerde been is gezet. Zowel een Oekraïense parlementariër die de gevolgen van de ontploffing van de kernreactor onderzoekt als een Wit-Russische natuurkundige die betrokken is geweest bij de opruimwerkzaamheden na de ramp noemde het dodental van 4000 dat het IAEA hanteert „belachelijk.”

Ook de bewering in het rapport dat er tot nu toe slechts 56 mensen als direct gevolg van de ontploffing zijn overleden, zou volkomen onjuist zijn. Het zou gaan om de zogenoemde ”liquidators”, die direct na de ramp naar het gebied werden gestuurd om de ramp bestrijden, en enkele kinderen die schildklierkanker kregen. Het lot van de meeste liquidators, enkele honderdduizenden mensen, is bij de autoriteiten echter niet bekend.

Greenpeace beschuldigde het IAEA dinsdag van het ’witwassen’ van de gevolgen van de ramp. Woordvoerder Jan van de Putte houdt staande dat het aantal dodelijke slachtoffers in de tienduizenden tot honderdduizenden kan lopen, maar erkent dat het moeilijk is hierover zekerheid te verkrijgen.

Van de Putte verwijt het IAEA een valse voorstelling van zaken te geven als onderdeel van „de grote agenda” van het IAEA, om het acceptatieniveau voor lage straling op te vijzelen. Het beleid zou te maken hebben met plannen voor de ontmanteling van verscheidene verouderde kerncentrales.