Eerste Palestijnse aanslag na ontuiming Gaza
Voor het eerst sinds de ontruiming van de Gazastrook en vier nederzettingen op de Westelijke Jordaanoever, hebben Palestijnse militanten een zelfmoordaanslag gepleegd in Israël. Door de explosie zondag op het busstation van Beersheva raakten twee mensen ernstig gewond.
De dader wekte het wantrouwen op bij een buschauffeur omdat hij een grote rugzak en tas bij zich droeg. Hij schakelde de beveiliging in die de man probeerde aan te houden. Tijdens de achtervolging ontploften de explosieven en twee beveiligingsmedewerkers raakten ernstig gewond. Een tiental passanten liep lichte verwondingen op.
De Palestijnse president Abbas veroordeelde de aanslag als een „terroristische operatie”. Abbas omschreef een actie vorige week van het Israëlische leger in Tulkarm waarbij vijf doden vielen als een „provocatie”. De al-Aqsa Martelaren Brigades en de Islamitische Jihad eisten gezamenlijk de aanslag op. Al-Aqsa is gelieerd aan Abbas’ partij Fatah.
Bijna een jaar geleden was Beersheva ook het doelwit van een Palestijnse aanslag. Toen kwamen zestien mensen om door een explosie in een bus veroorzaakt door een lid van de Hamas. De laatste aanslag in Israël had plaats op 12 juli in Netanya waardoor twee doden vielen.
Zaterdag dook op internet een filmpje op met een Palestijn die bovenaan het Israëlische lijstje van gezochte militanten staat. Daarin stelde Mohammed Deif van de militante Hamas-beweging Israël na de terugtrekking uit de Gazastrook, een „hel” in het vooruitzicht.
Israël ziet de 43-jarige Deif als brein achter een lange serie aanslagen. Hij vertoont zich vrijwel nooit in het openbaar en overleefde twee jaar geleden een Israëlische raketaanval. Er zijn nauwelijks foto’s van hem en ook in de video is Deif niet herkenbaar in beeld gebracht.
In het filmpje noemt Deif de terugtrekking uit de Gazastrook een „vernedering” voor Israël. Verder roept de Hamas-commandant de Palestijnen op de strijd tegen Israël niet op te geven en de wapens niet neer te leggen „tot alle bezette Palestijnse gebieden zijn bevrijd”.
De Israëlische premier Sharon stelde dat de ontruiming van de Gazastrook de beste manier is om de veiligheid van Israël op de lange termijn te garanderen. Tegelijk dreigde hij met een harde aanpak als de Palestijnse Autoriteit niets onderneemt tegen militante groepen.
Sharons zoon en parlementslid Omri is zondag aangeklaagd in verband met een corruptieonderzoek naar de financiering van de verkiezingscampagne in 1999 van zijn vader. Hij wordt beschuldigd van onder meer valsheid in geschrifte en schending van het publieke vertrouwen.
Omri Sharon hangt vijf jaar cel boven het hoofd als hij schuldig wordt bevonden. Ariel Sharon ontkent op de hoogte te zijn geweest van de vermeende strafbare feiten. De financiering van de verkiezingscampagne was het exclusieve terrein van zijn zoon, beweert hij.