Dat staat in de Wet op de beroepen in het onderwijs, die minister Hermans van Onderwijs dinsdag naar de Tweede Kamer stuurde. Volgens de bewindsman is het niet zo dat iemand die eenmaal een onderwijsbevoegdheid heeft gehaald, altijd goed lesgeeft.

Hermans wil vooralsnog niet opleggen aan welke eisen leerkrachten moeten voldoen. Dat mogen werknemers en werkgevers in het onderwijs het komende jaar zelf uitmaken. Scholen worden alleen verplicht om hun personeel regelmatig opfriscursussen aan te bieden.

Dat voltijds directeuren en adjunct-directeuren in het basis- en voortgezet onderwijs een onderwijsbevoegdheid moeten hebben, is volgens de minister uit de tijd. Velen van hen hebben toch steeds minder tijd om voor de klas te staan. De scholen mogen zelf uitmaken welk diploma directeuren moeten hebben.

Hermans stelt voor leraren in de eerste leerjaren van het voortgezet onderwijs twee jaar de mogelijkheid te bieden les te geven in vakken die verwant zijn met de vakken waarvoor ze bevoegd zijn. Ze moeten wel binnen die twee jaar –via een verkorte opleiding– alsnog hun bevoegdheid halen. Hermans wil hiermee het aantal leerkrachten voor leerlingen in de basisvorming terugdringen.