Binnenland

Grauwe getuigen van de invasieangst

1944 moest het jaar van een invasie op de westkust van Europa worden. Waar, dat wisten alleen de geallieerden. Hitler vond het niet ondenkbaar dat het gebied tussen Hoek van Holland en Den Haag doelwit zou zijn. De gevolgen van die gedachte zijn nog steeds zichtbaar.

19 August 2005 21:47Gewijzigd op 14 November 2020 02:52
DEN HAAG – Een medewerkster van het VVV kantoor weet vrijwel zeker dat er niets meer zichtbaar is van de beruchte verdedigingslinie die Hitler bij de kust van Scheveningen aanlegde. Na een voettocht van zo’n twintig minuten blijkt echter dat er nog meer
DEN HAAG – Een medewerkster van het VVV kantoor weet vrijwel zeker dat er niets meer zichtbaar is van de beruchte verdedigingslinie die Hitler bij de kust van Scheveningen aanlegde. Na een voettocht van zo’n twintig minuten blijkt echter dat er nog meer

Zo op het eerste gezicht verraadt Scheveningen nauwelijks de vroegere aanwezigheid van de bezetters. Aan de drukke Boulevard staan talrijke horecagelegenheden. Zeker in de zomermaanden is het dringen op de promenade.

Ook in de even verder gelegen haven kun je rondlopen zonder veel sporen van de oorlog op te merken. Er liggen volop pleziervaartuigen. Mensen zijn druk bezig hun boten schoon te maken. Vanaf zee komt een vrachtschip van Norfolk Line de haven binnen. Wie echter niet overal achteloos voorbijloopt, ziet aan de Vissershavenweg bunkers uit het talud steken. Daaronder moet een fors stelsel verborgen liggen. Ook onder de boulevard zitten nog resten. Maar daar is niets van te zien.

Een medewerkster van het VVV-kantoor op loopafstand van de Boulevard weet vrijwel zeker dat er niets meer zichtbaar is van de beruchte verdedigingslinie die Hitler aanlegde om de geallieerden te weren. „Bij Wassenaar is nog wel een gebouwtje. Dat noemen ze de vleermuizenbunker.”

Maar er is beslist nog meer te ontdekken. Daar is wel een kleine voettocht voor nodig. Vanaf de Pier bij Scheveningen is het in noordelijke richting naar het grondgebied van de gemeente Wassenaar een goede twintig minuten lopen. Dan doemen in de duinen de eerste bunkers op.

Hoog boven het strand staan acht grauwe gebouwtjes, die daar zijn neergezet door de Duitse bezetters. Het zijn enkele geschutsbunkers en een paar bijgebouwen. Kanonnen staan niet meer op hun plaats.

Een aantal meters lager, slechts iets hoger dan het strand, staat prikkeldraad om te voorkomen dat gasten de duinen betreden. Aan de achterkant van de bunkers, in de duinen, is niets te zien. De geschutsopstellingen zijn helemaal bedekt met groen. Volgens ir. H. F. Ambachtsheer van Monumentenzorg gemeente Den Haag zit er een groot gangenstelsel onder. „In het complex zit een zeldzame vleermuispopulatie. Zij huizen in het ondergrondse tunnelstelsel.” Om die reden is het bunkercomplex ook niet toegankelijk. Er zijn wel mensen die het geheel of gedeeltelijk open willen stellen, maar het natuurbelang gaat voor.

Ook het gebied landinwaarts, aan de rand van de Vogelwijk in Den Haag, werd in de oorlog militair terrein. Daarvoor moesten veel huizen tegen de vlakte. Duizenden mensen werden gedwongen te evacueren. Ambachtsheer: „Aan zee was er schootsveld genoeg. Maar landinwaarts was ruimte nodig. Bij de Vogelwijk is een gebied 400 meter diep platgelegd. Dat was om een tankgracht aan te leggen, zodat geallieerde tanks niet het land in konden komen. Bovendien moest het schootsveld bieden voor kanonnen.”

Ook in Hoek van Holland zijn nog voldoende restanten van de linie te zien. Het was van Hitler en zijn generaals geen rare gedachte dat het gebied tussen de twee plaatsen de locatie voor de invasie zou kunnen worden. Hoek van Holland en Scheveningen waren met hun havens volgens hem redelijk geschikt. Bovendien was de weg naar Berlijn vanuit Zuid-Holland veel korter dan vanuit Normandië. Hitler hield er geen rekening mee dat de geallieerden hun eigen haven zouden meebrengen.

Voor de geallieerden kleefden er echter nadelen aan een aanval in dit gebied. Ze wisten dat de eerste dagen beslissend zouden zijn voor het verloop van de strijd. Versterkingen van de tegenstander moesten zo lang mogelijk op zich laten wachten. Omdat de Nederlandse kust relatief dicht bij Duitsland ligt, zou de bezetter snel materieel kunnen aanvoeren vanaf de ’Heimat’.

Nederland werd niet het gebied van de bloedige invasies. De bunkers, voorzover ze na de oorlog niet onder de slopershamer vielen, bleven onder andere in de belangstelling als veilige opslagplaatsen. En ook mensen die zich interesseren voor de geschiedenis blijven nog wel eens stilstaan bij de complexen. Maar verreweg de meeste toeristen lopen er achteloos voorbij.

Dit is het elfde deel in een zomerserie over plaatsen langs de Nederlandse grens.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer