De andere leden van de stichting zijn hoofdbestuurslid ds. H. Russcher (Oud-Beijerland), de voormalige SGP-europarlementariër en oud-hoofdbestuurslid ir. L. van der Waal (Ridderkerk) en ds. A. J. Kunz (Groot-Ammers), de christelijk gereformeerde predikanten J. van Amstel (Ede) en R. Kok (Sliedrecht) en vanuit de Gereformeerde Gemeenten ds. C. G. Vreugdenhil (Groningen) en oud-directielid van hogeschool de Driestar ouderling drs. I. A. Kole (Berkenwoude).Dit staat in het jaarverslag van de GB dat donderdag in ”de Waarheidsvriend” is verschenen. Volgende maand geeft het hoofdbestuur tijdens een persconferentie een nadere toelichting op het besluit de Statenvertaling te herzien. Het heeft een route van vier jaar met diverse deelbeslissingen afgesloten.

In oktober verschijnt er een boekje waarin de vertaalwerkzaamheden van de Nieuwe Bijbelvertaling van het Nederlands Bijbelgenootschap (NBG) worden geëvalueerd. Medewerking hieraan verlenen ds. W. J. Dekker, drs. P. J. Vergunst, ds. G. D. Kamphuis, ds. H. J. Lam, ds. W. Chr. Hovius, dr. G. van den Brink, dr. W. H. Th. Moehn en de neerlandicus dr. J. de Gier.

In het verslagjaar stuurde het hoofdbestuur van de Gereformeerde Bond over verscheidene punten een brief. Zo liet hij het moderamen van de hervormde synode weten „buitengewoon geraakt” te zijn door de kerkelijke bevestiging van het huwelijk tussen een gereformeerde predikant en zijn vriend op 19 mei vorig jaar. Toen was ook bekend geworden dat het eerste homohuwelijk dat kerkelijk is bevestigd, dat van een hervormde predikant en diens vriend was op 21 april 2001. Het hoofdbestuur heeft het kerkbestuur verzocht zich namens de kerk tot de gemeenten te richten met het oog op de gevoerde discussie over waarden en normen.

Daarnaast verzocht de GB de hervormde synode bij de behandeling van de ordinanties „geen formuleringen te aanvaarden die de zegening van andere levensverbintenissen positief benoemen.” Het hoofdbestuur ziet hiervoor namelijk op grond van de Schrift geen ruimte.

Het item staat voor de eerstvolgende hervormde synodevergadering van 14 juni op de agenda. De triosynode bood deze maand (en eerder al in november) wel ruimte voor het zegenen van homorelaties.

Ook maakte de GB, samen met de Confessionele Vereniging (CV) en het Confessioneel Gereformeerd Beraad (CGB), zijn verontrusting over de aansturing van de arbeidsorganisatie kenbaar. Medewerkers van het Landelijk Dienstencentrum (LDC) namen namelijk beslissingen of traden naar buiten zonder dat de verantwoordelijken namens de synode hiervan op de hoogte waren.

Het triomoderamen heeft in antwoord op deze klacht gesteld dat „er geen twijfel mag bestaan over de wijze waarop de SoW-kerken worden bestuurd: de ambtelijke vergaderingen dragen hierin de beslissende verantwoordelijkheid en zij besturen de kerken.” En verder: „De synodes bepalen het beleidsplan en de arbeidsorganisatie zullen binnen dit beleidsplan hun werkzaamheden verrichten. De algemeen directeur van de arbeidsorganisatie is ook verantwoording schuldig aan het triomoderamen.”

Over de gesprekken met het Comité tot behoud van de Nederlandse Hervormde Kerk meldt het jaarverslag dat het positieve ontmoetingen waren die in een goede sfeer verliepen. De inhoud van de Augsburgse Confessie, de status van de Konkordie van Leuenberg en actuele kerkelijke ontwikkelingen waren onderwerp van gesprek.

Het hoofdbestuur gaat een rapport uitgeven van een kerkhistorische studiecommissie die is nagegaan hoe belijdenis en verbond constituerende grootheden waren in de geschiedenis van de kerk.

In oktober heeft het hoofdbestuur een besloten ontmoeting gehad met een aantal hervormd-gereformeerde predikanten en directeuren van protestants-christelijke basisscholen. Het doel was het opsporen van knelpunten, nadenken over de identiteit van het christelijk basisonderwijs en bezinning op de band tussen kerk en christelijke school. Het hoofdbestuur denkt na over een zinvol vervolg.

Een delegatie van het hoofdbestuur heeft ook een gesprek gevoerd met een aantal jongeren tussen de 19 en de 32 jaar. Het hoofdbestuur wilde horen hoe zij over de GB denken.

De jaarrekening 2001 laat een negatief eindsaldo zien van 94.000 euro. Er kwam 51.000 euro minder aan legaten binnen dan begroot. Er is echter nog een erfenis in behandeling waarmee de prognose wel gehaald zou zijn. De begroting 2002 sluit met een veel lager negatief saldo van 6000 euro.

Dit jaar is er geen gelegenheid de boeken in te zien. Vorig jaar bood het hoofdbestuur geïnteresseerden voor het eerst de mogelijkheid persoonlijk kennis te nemen van de cijfers in detail. Omdat zich daar toen niemand voor heeft aangemeld, is besloten er nu van af te zien. Penningmeester ing. C. van der Louw geeft daarbij aan dat het desgewenst volgend jaar weer kan worden ingevoerd.