Mohammed B.: Ik zou het weer doen
Mohammed B. heeft dinsdag in zijn laatste woord gezegd dat hij opnieuw zou moorden als hij daartoe de kans kreeg. „Als ik de mogelijkheid zou hebben om het nog een keer te doen, ik zou het precies hetzelfde doen”, hield hij de rechtbank onomwonden voor.
Kort daarvoor zei hij, in zijn ietwat onsamenhangend betoog: „Mocht ik vrijkomen, dan zou ik precies hetzelfde doen. Precies hetzelfde”.
B. sprak niet alleen de rechtbank en officier van justitie Van Straelen toe, maar hij richtte zich ook rechtstreeks tot de moeder van Theo van Gogh, Anneke van Gogh. B. gaf hij aan dat hij zich niet verplicht voelde iets tegen de rechtbank te zeggen. Hij erkent deze niet. De enige ten aanzien van wie hij enige verplichting voelde, was Anneke van Gogh. „Ik voel uw pijn niet. Dat kan ik niet. Ik weet niet hoe het is om een kind te verliezen dat met zo veel pijn en tranen op de wereld is gebracht. Wat ik wel wil dat u weet is dat ik uit overtuiging heb gehandeld, niet omdat ik hem haat”.
B. zei dat hij had begrepen dat de moeder van Theo van Gogh troost put uit het feit dat hij de maximale straf zal krijgen. Ook zei hij te beseffen dat zijn handelen „heel confronterend” is geweest, voor velen. Niettemin nam hij andermaal, zoals hij zijn advocaat bij eerdere gelegenheden had laten zeggen, de volle verantwoordelijkheid voor dat handelen. Hij zou het „laf” van zichzelf vinden als hij pogingen zou doen de maximale straf te ontlopen.
Als Theo van Gogh zijn vader of broer zou zijn geweest, zou hij het zelfde hebben gedaan, zei B. Van Gogh zelf zei hij niet te kunnen verdenken van „enige hypocrisie”. „Dat was hij niet, hypocriet. Ik denk dat hij uit overtuiging dingen zei. Dus dat hele verhaal dat ik me beledigd zou voelen als Marokkaan, of omdat hij me geitenneuker zou noemen, is niet waar”.
B. benadrukte bij herhaling dat hij heeft gehandeld uit overtuiging, dat hij zich heeft laten leiden door de „wet die mij opdraagt om iedereen die Allah en de profeet beledigt, zijn kop eraf te hakken”. Ook ten aanzien van de politiemensen die hij heeft beschoten, vlak vóór zijn arrestatie, nam hij geen blad voor de mond. „Ik denk dat zij het recht hebben om te weten dat ik niet schoot om jullie te ontzien, maar om te doden en gedood te worden”.
Hoofschuddend zei hij tot de rechtbank: „U zult het nooit begrijpen, u kunt het niet begrijpen”. Moahmmed B. besloot: „Wellicht kan dit een klein beetje troost zijn voor mevrouw Van Gogh. Voor de rest kan het me niet schelen”.