Buitenland

Bulgaren zijn op ex-koning Simeon uitgekeken

Als de opiniepeilingen juist blijken, zal de regerende Nationale Beweging Simeon II (NDSW) het bij de parlementsverkiezingen van zondag moeten afleggen tegen de socialistische Coalitie voor Bulgarije (KB). Weliswaar heeft de huidige regering van premier Simeon Sakskoburggotski de afgelopen vier jaar de nodige successen geboekt, maar daarvan hebben slechts een handjevol Bulgaren geprofiteerd.

24 June 2005 08:44Gewijzigd op 14 November 2020 02:41
De Bulgaarse premier Simeon II praat met zijn aanhangers tijdens een verkiezingscampagne in de Bulgaarse hoofdstad Sofia. Foto EPA
De Bulgaarse premier Simeon II praat met zijn aanhangers tijdens een verkiezingscampagne in de Bulgaarse hoofdstad Sofia. Foto EPA

Vier jaar geleden veroorzaakte premier Simeon in Bulgarije nog een politieke aardschok door met zijn twee maanden oude beweging de parlementsverkiezingen te winnen. Daarmee zorgde hij voor een novum in Europa. Simeon was de eerste ex-monarch die premier werd. De vorst uit het huis van Saksen-Coburg-Gotha -in het Bulgaars verbasterd tot Sakskoburggotski- was in 1946 door de communisten afgezet en na een ballingschap van ruim vijftig jaar nog maar net naar zijn land teruggekeerd.

Simeon dankte zijn overwinning destijds aan het feit dat de Bulgaren genoeg hadden van de gevestigde partijen. Zowel links als rechts was niet in staat gebleken de armoede in brede lagen van de samenleving te keren. Alle hoop was gevestigd op de ex-koning, die zijn volk binnen 800 dagen een hogere levensstandaard beloofde.

Samen met de kleine coalitiepartner DPS, de Beweging voor Rechten en Vrijheid, heeft Sakskoburggotski de afgelopen periode het nodige bereikt. Zijn regering saneerde de staatsschuld en bracht de begroting op orde, wat leidde tot een groei van de economie met gemiddeld meer dan 4 procent per jaar. Verder werd Bulgarije in 2004 lid van de NAVO en ondertekende Sofia in april dit jaar het toetredingsverdrag tot de Europese Unie.

Ook op het terrein van de binnenlandse politiek is Simeon succesvol gebleken. De NDSW heeft zich weten te vestigen als een middenpartij, waardoor er een einde is gekomen aan de bittere strijd tussen de ex-communistische ”Roden” en de anticommunistische ”Blauwen”.

Toch zal Simeon zondag niet de electorale vruchten van zijn beleid kunnen plukken. Peilingen wijzen uit dat de NDSW ten minste 15 procent achter ligt op de Coalitie voor Bulgarije (KB), een blok van acht socialistische partijen onder leiding van de Socialistische Partij van Bulgarije (BSP). De KB zou goed zijn voor zo’n 38 à 40 procent van de stemmen.

Dat premier Sakskoburggotski zijn beleid niet in stemmen kan verzilveren, komt doordat hij zijn belangrijkste belofte aan de kiezer niet heeft kunnen waarmaken. Ondanks een daling van de werkloosheid tot 13 procent is de levensstandaard van de meeste Bulgaren, vooral buiten de stad, niet merkbaar verbeterd.

Verder zijn veel Bulgaren uitgekeken op de stijl van optreden van Simeon. De voormalige koning, die weinig van zich laat horen en daarnaast een wat ’deftig’ Bulgaars spreekt, heeft de neiging zich boven het politieke gekrakeel te verheffen. Hij houdt van distantie en laat het politieke handwerk veelal over aan deskundigen. Veel kiezers beschouwen dat als een teken van zwakte. Duidelijk is dat er van het mythische gehalte van Simeon niet veel meer over is.

Een mogelijke opvolger van Simeon is Sergej Stanisjev van de BSP, de partij die voor het laatst aan de macht was van 1994 tot 1997. In februari van dat jaar werden de ex-communisten als gevolg van een zware economische crisis en corruptieschandalen gedwongen de macht op te geven. Politieke tegenstanders van rechts verwijzen dan ook graag naar deze periode en waarschuwen voor nieuwe economische rampspoed als de BSP weer aan de macht zou komen.

Volgens Stanisjev, zoon van een voormalige secretaris van het politburo uit het communistische tijdperk, hoeven de Bulgaren daar echter niet meer bang voor te zijn. De partijvoorzitter, die sinds december 2001 de touwtjes van de BSP in handen heeft, beweert dat zijn partij de nodige interne hervormingen heeft doorgevoerd en nu de vergelijking met sociaal-democratische partijen naar West-Europees model kan doorstaan.

Niet iedereen in Bulgarije slikt dat voor zoete koek. Sommige waarnemers menen dat Stanisjev slechts een nieuw gezicht is bij een oude partij. Zij wijzen op de invloed die vertegenwoordigers van de oude BSP nog altijd binnen de partij hebben. De belofte van de BSP aan de Bulgaarse kiezer doet evenmin veel goeds vermoeden. De socialisten willen voor 2006 een salarisverhoging van 20 procent „om voor een deel de inkomensverschillen te vullen voor de toetreding tot de EU.” Een belastingverhoging is daarvoor niet nodig. Stanisjev gaat ervanuit dat de regering nog over een pot met geld beschikt die aan het einde van het jaar een miljard euro bevat.

Naast de economie is ook het lidmaatschap van de EU, voorzien voor 1 januari 2007, een belangrijk verkiezingsthema. Hoewel alle partijen zich voor toetreding hebben uitgesproken, waarschuwt rechts dat een verkiezingsoverwinning van links wel eens uitstel van toetreding zou kunnen betekenen. Brussel zou immers gebruik kunnen maken van de zogenaamde ’uitstelclausule’. Op grond hiervan hebben de 25 EU-lidstaten het recht de toetreding met een jaar uit te stellen, als Bulgarije niet voldoende vooruitgang boekt met de hervorming van het strafrechtelijk systeem, het justitieapparaat en de opening van de markten voor concurrentie.

Overigens heeft de crisis die de afgelopen weken binnen de EU is ontstaan ook op Bulgarije zijn weerslag gehad. Alom heeft zich van de Bulgaren het gevoel meester gemaakt dat het EU-lidmaatschap op losse schroeven is komen te staan.

Niet onbelangrijk is zondag de opkomst. Die zal volgens de peilingen maar net boven de 50 procent uitkomen, wat in het voordeel is van de socialisten, die op een zeer trouwe aanhang kunnen bogen. Dat weet ook huidig president Georgi Parvanov, die in 2001 dankzij deze ’verborgen rode stem’ verrassend de verkiezingen won.

Het lijkt daarom dan ook meer dan toevallig dat de regering heeft besloten de stembusgang te koppelen aan een loterij, waarbij onder meer een auto, computers en mobiele telefoons zijn te winnen. Om mee te dingen naar een prijs, hoeven kiezers slechts het nummer van hun stembriefje, dat fungeert als geluksgetal, (per sms) op te sturen.

Voor het initiatief heeft de regering 2 miljoen euro uitgetrokken. Pogingen van de oppositie om de loterij te verbieden, mochten niet baten. Vorige week donderdag bepaalde het Bulgaarse hooggerechtshof dat de omstreden tombola mag doorgaan. Voor een aantal Bulgaren zullen de verkiezingen van zondag dan eindelijk iets concreets opleveren.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer