Situatie in Kirgizië verre van stabiel
Drie maanden na de Tulpenrevolutie in Kirgizië is de rust in het Centraal-Aziatische land bepaald nog niet weergekeerd. En het is maar zeer de vraag of dat na de presidentsverkiezingen van 10 juli wel zal gebeuren.
Even leek afgelopen vrijdag een herhaling te worden van 24 maart, toen ex-president Askar Akajev na het plegen van verkiezingsfraude werd gedwongen zijn land te verlaten. Nadat een menigte van zo’n 2000 mensen zich had verzameld in het centrum van de hoofdstad, bestormden enkele honderden betogers het paleis van interim-president Kurmanbek Bakijev. Die was een dag eerder echter naar zijn thuisregio Jalalabad vertrokken om daar het begin van zijn verkiezingscampagne in te luiden.
De demonstranten uitten hun woede over het feit dat hun kandidaat bij de komende presidentsverkiezingen, Urmat Bariktabasov, van deelname aan de stembusgang was uitgesloten. Volgens de kiescommissie is Bariktabasov staatsburger van Kazachstan en kan hij daarom geen aanspraak maken op het hoogste staatsambt. Zijn aanhangers beweren daarentegen dat zijn documenten door de autoriteiten zijn vervalst.
Lang duurde de bezetting van het presidentieel paleis niet. De politie verdreef de betogers uit het gebouw, waarbij de agenten traangas gebruikten en in de lucht schoten. Kort daarop moesten de ordetroepen opnieuw optreden, toen zich ongeveer 7000 mensen voor het paleis verzamelden. De politie verdreef de actievoerders uit het centrum van de stad.
De gebeurtenissen van afgelopen vrijdag in Bisjkek staan niet op zichzelf en maken pijnlijk duidelijk dat Bakijev, die jarenlang samenwerkte met Akajev, er niet in is geslaagd de rust in het land te laten weerkeren. En niet alleen omdat op 10 juni in Bisjkek Dzirgalbek Soerabaldijev werd vermoord, een bekende zakenman die via de partij van Akajevs dochter Bermet in het parlement was gekozen en die zich in maart tegen de opstandelingen had gekeerd.
In het noorden van Kirgizië houdt Nurlan Motujev met enkele honderden aanhangers van zijn Patriottische Volksbeweging nog altijd de grootste kolenmijn van het land bezet. Motujev wil de in zijn ogen illegale privatisering van de mijn zodanig terugdraaien, dat 70 procent in handen komt van lokale bewoners en 30 procent in die van de staat. Afgelopen vrijdag ging het gerucht dat hij met zijn aanhangers op weg was naar de hoofdstad.
De meeste ongeregeldheden doen zich nog steeds voor in het zuiden, waar de opstand in maart begon. Begin juni gingen in Kara-Suu mensen de straat op om te protesteren tegen Bajaman Erkinbajev. De eigenaar van de lokale bazaar zou voor een standplaats illegaal extra geld vragen. Zo’n 400 mensen eisten dat de markt weer zou worden teruggegeven „aan het land en het volk.”
Parlementslid Erkinbajev was ook het doelwit van protesten op 13 juni in Osj. Een groep van 200 demonstranten eiste dat de privatisering van het Alai Hotel -eigendom van Erkinbajev- ongedaan zou worden gemaakt. Toen de menigte probeerde zijn kantoor te bestormen, gaf Erkinbajev opdracht op de protesterende menigte te vuren. Daarbij vielen zes gewonden, van wie er een de volgende dag overleed.
In Jalalabad probeerden afgelopen vrijdag zo’n 150 jonge mannen het kantoor van het regionale bestuur te bezetten. Zij eisten de vrijlating van Adilbek Karimov. Met politiek had de kwestie weinig van doen. Karimov was tot 25 jaar cel veroordeeld nadat zijn bende in mei 2003 bij een overval op een politiebureau een grote hoeveelheid wapens had buit gemaakt.
Waarnemers vrezen dat ook na de presidentsverkiezingen van 10 juli de onrust in het land zal voortduren. Veelzeggend is dat de zeven toegelaten presidentskandidaten het niet eens konden worden over een -door de Organisatie voor Veiligheid en Samenwerking in Europa (OVSE) gewenst- akkoord dat vrije en eerlijke verkiezingen moet garanderen.
Een van de grootste problemen in Kirgizië is de tegenstelling tussen het arme zuiden en het relatief welvarende noorden. Zuiderling Bakijev, de grootste kanshebber op het presidentschap, heeft dit probleem trachten op te lossen door een verbintenis aan te gaan met Felix Kulov, die uit het noorden afkomstig is. De populaire politicus heeft van zijn kandidatuur afgezien in ruil voor een toekomstige post als minister-president met uitgebreide bevoegdheden. Niettemin geldt het huidige evenwicht tussen noord en zuid als wankel.
Daarnaast zijn er in het zuiden spanningen tussen Kirgiezen en de grote Oezbeekse minderheid. De Oezbeken beschuldigen de Kirgiezen ervan de situatie in Kirgizië te destabiliseren, terwijl de Kirgiezen op hun beurt de Oezbeken verwijten aanhangers te zijn van ex-president Akajev. Hoewel etnisch geweld tot nu toe is uitgebleven, worden de spanningen tussen beide groepen er niet minder op - zeker niet na de komst van vluchtelingen uit buurland Oezbekistan, waar vorige maand een opstand bloedig werd neergeslagen.