Het dwingen van een journalist tot een getuigenis kan diens eigen leven en dat van zijn bronnen in gevaar brengen, betoogde de advocaat van de Washington Post. Ook zou het de nieuwsgaring in oorlogsgebieden bemoeilijken. De advocaat wil dat het tribunaal journalisten het recht geeft een getuigenis te weigeren, behalve in zaken waarin die getuigenis beslissend is voor het bewijzen van schuld of onschuld.

Volgens de aanklager beschikt de inmiddels gepensioneerde verslaggever, Jonathan Randal, over belangrijke informatie in de zaak tegen twee van oorlogsmisdaden beschuldigde Bosnische Serviërs. Journalisten kunnen geen garantie krijgen dat zij niet hoeven te getuigen, vindt de aanklager. Het vervolgen van oorlogsmisdadigers zou van een zwaarwegender belang zijn dan het beschermen van bronnen.

Randal is opgeroepen om te getuigen in de zaak tegen Radoslav Brdjanin en Momir Talic, die worden beschuldigd van het vervolgen en verdrijven van meer dan 100.000 niet-Serviërs tijdens de oorlog in Bosnië. De verdachten zijn naar eigen zeggen onschuldig aan alletwaalf de onderdelen van de aanklacht, waaronder genocide. In een artikel dat op 11 februari 1993 verscheen citeerde Randal Brdjanin, die werd aangeduid als een Servische huisvestingsambtenaar. Brdjanin pleitte voor het verdrijven van niet-Serviërs uit de Bosnische stad Banja Luka.

Volgens het stuk was Brdjanin van mening dat degenen die niet bereid waren het Servische territorium te verdedigen, moesten worden verwijderd, maar dat de Servische politieke leiding daar nog niet mee had ingestemd. Hij zei dat hij geloofde dat de exodus van niet-Serviërs vreedzaam zou moeten verlopen, om via vrijwillige verhuizing een etnisch zuiver gebied te creëren. Moslims en Kroaten, zei hij, moeten niet worden vermoord, maar hun moet worden toegestaan te vertrekken. „Opgeruimd staat netjes.”

De aanklager riep Randal op nadat de oud-verslaggever onderzoekers van het tribunaal had verteld dat hij destijds was vergezeld door een plaatselijke journalist die Brdjanins woorden had vertaald. De aanklagers willen dat Randal getuigt omdat de citaten van Brdjanin niet voorkomen in een artikel over hetzelfde onderwerp dat de tweede journalist drie dagen later schreef. Diens naam wordt uit veiligheidsoverwegingen geheimgehouden.

De Washington Post liet via haar advocaat weten dat de krant de noodzaak van het verzamelen van bewijs tegen oorlogsmisdadigers erkent, maar dat het dwingen van verslaggevers om te getuigen, op lange termijn indruist tegen het algemeen belang. „Zodra oorlogscorrespondenten plaatsnemen in de getuigenbank bestaat de kans dat potentiële bronnen hen gaan beschouwen als het verlengstuk van een rechtssysteem, een regering of een bepaalde partij”, zei de advocaat, die de rechters erop attent maakte dat hun beslissing een precedent zal scheppen voor het permanente Internationaal Strafhof, dat in juli in werking moet treden.