Bijdrage aan EU-kas wordt wellicht lager
Nederland hoeft in de toekomst wellicht minder geld af te dragen aan de EU-kas. Die tegemoetkoming maakt deel uit van nieuwe voorstellen voor de meerjarenbegroting van de Unie.
Halverwege volgende maand doen de regeringsleiders tijdens een tweedaagse top een poging een akkoord tot stand te brengen over het budget voor de periode 2007 tot en met 2013. Luxemburg heeft als huidig voorzitter van de EU een document vervaardigd met daarin suggesties om in deze moeilijke onderhandelingen een alomvattend compromis te bereiken. Aanstaande zondag zullen de ministers van Buitenlandse Zaken er tijdens een speciaal beraad een eerste discussie aan wijden. Bij de uiteindelijke besluitvorming is unanimiteit vereist.
Het kabinet in Den Haag streeft ernaar de contributie fors te verminderen. Het voor de nationale schatkist nadelige verschil tussen de jaarlijkse afdrachten aan en ontvangsten uit Brussel bedraagt zo’n 3 miljard euro. Per inwoner komt dat neer op ongeveer 180 euro. Geen van de andere lidstaten is zo duur uit als Nederland. Als de oorspronkelijke plannen van de Europese Commissie doorgaan, die voorzien in een flinke stijging van de uitgaven, zal de nettobetaling met nog eens 1 miljard per jaar oplopen.
Luxemburg stelt nu voor de lasten van Nederland, Duitsland en Zweden, de drie belangrijkste financiers van het gemeenschappelijk beleid, te verlichten. Concrete cijfers blijven vooralsnog achterwege.
Tegelijk moet Groot-Brittannië juist meer gaan bijdragen. Die natie wist in de jaren tachtig van de vorige eeuw een korting te bedingen, omdat het weinig profiteerde van de landbouwsubsidies. Toenmalig premier Thatcher hanteerde daarbij de sindsdien vermaarde slogan ”I want my money back” (ik wil m’n geld terug). In de aan de regeringen toegezonden notitie wordt geopperd de hoogte van die zogeheten rebate aanvankelijk te bevriezen op het huidige niveau van circa 5 miljard euro en daarna geleidelijk af te bouwen. Tot dusver heeft Londen steeds laten weten dat het een dergelijke ingreep onbespreekbaar vindt.
De Europese Commissie pleit ervoor het plafond van de begroting op te trekken van rond de 1,0 tot 1,14 procent van het gezamenlijk bruto binnenlands product (bbp). Luxemburg, onder aanvoering van premier Juncker, geeft in overweging via bezuinigingen op vrijwel alle posten de verhoging te beperken tot beneden de 1,10 procent.
Een woordvoerster van de Commissie zegt daarover „ontgoocheld” te zijn. „Wij willen geen Europa op een koopje”, licht zij toe. Voorzitter Barroso en zijn team menen dat aanzienlijk meer financiële armslag nodig is omdat anders allerlei ambities, zoals het versterken van de economie, niet zijn te verwezenlijken. Bovendien moet de uitbreiding van de Unie worden bekostigd.