Chemische industrie niet somber gestemd
De chemische industrie in Nederland is niet somber over de toekomst. Voor dit jaar wordt een omzetstijging van 6 procent verwacht. De chemie is nog altijd goed voor een omzet van bijna 37 miljard euro. Driekwart daarvan wordt geëxporteerd.
Dat bleek woensdag bij de presentatie van het jaarverslag over 2004 door de Vereniging van Nederlandse Chemische Industrie (VNCI). VNCI-voorzitter ir. R. Willems, in het dagelijks leven president-directeur van Shell Nederland, sprak berichten over problemen in de sector gedurende het tweede halfjaar van 2004 tegen. Het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) signaleerde deze week een teruggang.
Volgens Willems was de daling in de tweede helft van vorig jaar vooral het gevolg van extra inkopen door grote klanten gedurende het eerste halfjaar. „Uit voorzorg in verband met verwachte verdere prijsstijgingen”, aldus Willems.
Verder werden in verband met onderhoudswerkzaamheden ook enkele grote chemische installaties tijdelijk stilgelegd. Ook de hoge aardolieprijs speelde een rol, maar „de marges zijn sterker gestegen dan de kostprijzen.”
Willems verwacht dat zowel productie (2 procent) als prijs (4 procent) dit jaar toenemen. De groei heeft vooral buiten Europa plaats. Daalden de investeringen vorig jaar in Nederland nog met 6 procent ten opzichte van 2003, dit jaar zullen die naar verwachting op hetzelfde peil blijven als in 2004.
Hoewel Willems niet echt somber gestemd is, ziet ook hij dat het Europese en ook het Nederlandse marktaandeel van de chemiesector blijft teruglopen. De werkgelegenheid daalde in 2004 en wel met 3 procent van 73.000 naar 71.000 mensen. Dat was vooral het gevolg van eerder aangekondigde reorganisaties. Dit jaar zal het aantal werknemers in de chemische industrie ongeveer gelijk blijven.
Positief was de VNCI-voorzitter over de grotere aandacht van de overheid voor innovatie en industrie. Het aantal chemiestudenten is vorig jaar voor het eerst sinds lange tijd toegenomen (met 13 procent) en de toelatingseisen voor kenniswerkers zijn aangepast.
Minder blij is de VNCI met de hoge energieprijzen en de strenge milieueisen. Willems hield woensdag een pleidooi voor lagere energielasten. Bovendien dreigt de Nederlandse regering volgens hem te veel voorop te lopen met allerlei milieumaatregelen. Dat kan de concurrentiepositie van Nederland aantasten.
De VNCI maakte woensdag bekend dat de vereniging met NWO, het Nederlands Instituut voor Wetenschappelijk Onderzoek, een regiegroep op wil richten. Deze regiegroep krijgt een belangrijke functie bij het formuleren van spelregels voor innovatieonderzoek. „Er is een verschuiving van basischemie naar fijnchemie. Nederland zal in 2020 succesvol zijn ingesprongen op niches in de markt. Dan zijn er ondernemingen waar een mix van biotechnologie, nanotechnologie en hoogwaardige polymerenprocessen hun intrede hebben gedaan”, aldus ir. Willems.