Met die vergelijking probeerde Donner woensdag zijn gehoor tijdens een debat in perscentrum Nieuwspoort Den Haag uit te leggen waarom de Europese grondwet goed is voor Nederland en goed is voor Europa. Volgens Donner heeft hij met de huidige Europese verdragen onvoldoende mogelijkheden om grensoverschrijdende problemen als georganiseerde criminaliteit en internationaal terrorisme aan te pakken. Met de nieuwe grondwet wordt dat een stuk gemakkelijker, aldus de CDA–minister.

Donner ging woensdag in debat met tegenstanders van de grondwet als SGP–Tweede–Kamerlid Van der Staaij en LPF–Kamerlid Herben. Hij kreeg steun van GroenLinks–Kamerlid Halsema en van hoogleraar Lawson (Universiteit Leiden).

Volgens Donner is de grondwet op zeer democratische wijze tot stand gekomen, via anderhalf jaar debat in de zogeheten conventie, waar parlementariërs en regeringsvertegenwoordigers uit alle 25 huidige EU–landen aan deelnamen. Over die tekst weer gaan onderhandelen, wat tegenstanders van de grondwet suggereren als de Nederlandse bevolking bij het referendum op 1 juni tegenstemt, is volgens Donner onmogelijk.

Donner meent dat het opheffen van het vetorecht op een aantal gebieden leidt tot meer en betere samenwerking bij de strijd tegen bijvoorbeeld georganiseerde criminaliteit. Volgens de minister zal het niet vaak voorkomen dat alle 24 EU–landen iets doordrukken wat Nederland niet wil. Bij behoud van het vetorecht is de kans veel groter dat één land een plan tegenhoudt waar ook Nederland groot voorstander van is. Het inruilen van het vetorecht voor besluitvorming bij een grote (’gekwalificeerde’) meerderheid maakt de besluitvorming veel gemakkelijker, aldus Donner.

Van der Staaij (SGP) en Herben (LPF) lieten zich niet overtuigen. „Met de grondwet krijgt Europa een megalomaan staatsidee", aldus Van der Staaij. Herben vreest dat de grondwet „de geboorteakte van de Verenigde Staten van Europa" vormt.