Dit schrijft de bewindsman in een brief aan de Tweede Kamer.

Donner verklaarde zich in maart tijdens een overleg met de Kamer al bereid discriminerende bepalingen uit de huidige adoptiewet te schrappen. PvdA, VVD en D66 namen het initiatief hiertoe en kregen steun van Donners partij, het CDA.

Homoparen kunnen sinds 2001 trouwen en Nederlandse kinderen adopteren. De enkele tientallen adoptiekinderen komen echter vooral bij heteroparen terecht, terwijl vele, vaak mannelijk homostellen een kind zouden willen adopteren.

Het wetsvoorstel voorziet ook in de juridische gelijkschakeling van lesbische ’mee–moeders’. Donner schrapt de eis van drie jaar samenwonen bij stiefouderadoptie. Daardoor kan de adoptie van een kind dat is geboren in een lesbische relatie al bij de geboorte geregeld zijn. De adoptieprocedure kan ruim vóór de geboorte begonnen worden en de adoptie bij de geboorte ingaan.

Als een adoptiebeslissing niet vóór de geboorte van een kind is genomen, wordt geregeld dat de adoptie terugwerkt tot aan de geboorte. Daarmee wordt de rechtspositie van kinderen in een lesbische relatie gelijk aan die van kinderen die in een huwelijk tussen man en vrouw geboren zijn. In Nederland groeien circa 20.000 kinderen op bij homoseskuele paren, veelal vrouwen.

Ook de éénouderadoptie van een buitenlands kind wordt met de nieuwe regeling gewijzigd. Volgens de huidige wet wordt iemand die een buitenlands kind adopteert na een verzorgingstermijn van drie jaar adoptiefouder. Deze termijn wordt teruggebracht naar één jaar.

Donner schrijft in zijn brief dat hij een tweede wetsvoorstel over adoptie voorbereidt. Dat gaat vooral over het werkproces en de procedure bij interlandelijke adoptie. Daarin wordt onder meer een verhoging van de leeftijdsgrens van de adoptiefouder naar 48 jaar geregeld, als het gaat om adoptie van een broertje of zusje van een al eerder in het gezin opgenomen kind