Prinses toont dankbaarheid aan Canadese bevrijders
Aandacht voor de verhalen van oorlogsveteranen en diepe eerbied voor het relaas van een overlevende van de holocaust. Prinses Margriet en mr. Pieter van Vollenhoven toonden deze week oprechte belangstelling voor de oorlogsherinneringen waarmee ze werden geconfronteerd. Na een toespraak voor een volle zaal met veteranen vatte de prinses het in enkele woorden samen. „Thank you, and may God bless you.”
Nooit eerder vertelde Celine Polak-Spier (75) in het openbaar over de tijd dat ze in de klas zat bij Anne Frank. Samen zaten ze op het Joods Lyceum in Amsterdam, een door de nazi’s tijdens de Tweede Wereldoorlog in het leven geroepen onderwijsinstelling. Maar woensdag deed Polak, die al ruim vijftig jaar in de Canadese stad Montréal woont, haar verhaal bij de opening van een tentoonstelling over Anne Frank in Montréal. „Ik herinner me haar als een introvert iemand. Ze kon mooi lachen, maar onderscheidde zich ogenschijnlijk niet van de rest. Het was wel opvallend dat ze beter gekleed was dan alle andere klasgenoten.”
Polak vond het reuze spannend, een lezing houden in aanwezigheid van prinses Margriet en haar man. In drie talen -Nederlands, Engels en de voertaal in Montréal: Frans- weet Polak echter haar gehoor aan zich te binden. Ze vertelt van haar verblijf in Theresienstadt, het joodse getto in het huidige Tsjechië. Polak overleefde de oorlog, evenals een deel van haar familie. Om haar heen zag ze echter honderden mensen verdwijnen, om nooit meer terug te komen.
De van oorsprong Amsterdamse is niet de enige joodse aanwezige met Nederlandse wortels. Montréal kent een grote joodse gemeenschap. Ook de voorzanger van een joods koor dat optreedt tijdens de bijeenkomst blijkt Nederlandse wortels te hebben. „Mijn vader was handelaar in Den Haag. Hij deed zaken met Otto Frank, de vader van Anne Frank.”
De Anne Frank-tentoonstelling in Montréal is een reizende expositie, die dit jaar ook in vier andere Canadese steden is te zien. Organisator Thomas Wysmuller van het Anne Frank Center in New York ziet een toenemende belangstelling voor Anne in Noord-Amerika. „Scholieren in de Verenigde Staten zijn verplicht zich te verdiepen in de holocaust. Vaak komen ze dan bij Anne Frank uit, omdat haar dagboek op een toegankelijke manier het verhaal van de jodenvervolging vertelt.”
Zo gedragen als de stemming is bij de opening van de Anne Frank-tentoonstelling, zo welhaast frivool gaat het er aan toe bij het Hospital St.-Anne de Bellevue. Daar zijn enkele honderden Canadese oorlogsveteranen aanwezig bij het bezoek van de prinses. Het ziekenhuis is al sinds de Tweede Wereldoorlog gespecialiseerd in de opvang van oorlogsgewonden. Als er één ding duidelijk is in het hospitaal, dan is het wel dat hier de overwinnaars uit de Tweede Wereldoorlog hun zegeningen tellen. In de sporthal van het complex wachten veteranen op de komst van het hoge bezoek, terwijl een band vrolijke nummers speelt. Of de veteranen ”Tulpen uit Amsterdam” herkennen, is de vraag.
De in blauwe blazer met grijze pantalon gestoken veteranen worden door prinses Margriet vergast op een toespraak vol waarderende woorden. Ze vertelt dat er in haar woonplaats Apeldoorn nog steeds een speciale band is met de bevrijders. Nog geen week geleden was er een parade ter herdenking aan de Bevrijding. „Velen van onze bevrijders waren helaas niet in de gelegenheid om aanwezig te zijn bij de herdenkingsactiviteiten in Nederland. Het is daarom met groot genoegen dat we de uitnodiging aanvaardden om opnieuw naar Canada te komen.”
Vol aandacht voor het bezoek is ook Grietje Lovelock-Emter (87). Ze is aanwezig in de zaal samen met haar man Norman (86), die in 1945 als militair in Nederland tegen de Duitsers streed. In december 1945 trouwde ze met hem. Lovelock en haar man vinden het „heel speciaal” de prinses te mogen ontmoeten. „We vinden het ook fijn dat ze juist hier naar het ziekenhuis komt. Dit is dé plek om Canadese veteranen te ontmoeten.”
Veteraan Patrick Moran (83) roemt de band die de prinses heeft met Canada. „Ze is hier geboren, ze is een van ons.” Zelf was hij in Europa op het moment dat prinses Margriet opgroeide in Canada. Moran trok via Sicilië, Noord-Italië, Frankrijk en België naar Nederland. „Het was een bijzonder fijn land. We waren er welkom. Heel anders dan Duitsland, waar ik later naartoe ging. Vooral op het platteland kwamen we als soldaten graag. Je werd er altijd even hartelijk ontvangen.”
Prinses Margriet bracht vrijdag opnieuw een aantal bezoeken die verband houden met de Tweede Wereldoorlog. Zo nam ze een kijkje in Stornoway, het huis waar koningin Juliana met haar kinderen verbleef tijdens de oorlog. Daarnaast bekeek ze het nieuwe oorlogsmuseum in de Canadese hoofdstad Ottawa. Zaterdag, op de laatste dag van het officiële bezoek van de prinses aan Canada, is er nog een kranslegging bij het oorlogsmonument in Ottawa.