Rusland haalt uit naar Baltische landen
De Russische minister van Buitenlandse Zaken Lavrov heeft vrijdag uitgehaald naar diegenen die de zestigste herdenking van de overwinning van de geallieerden op nazi-Duitsland betitelen als „overwinning van het stalinisme”. Volgens Lavrov is dit een belediging voor de „ontelbare slachtoffers van het fascisme”.
De Russische minister zei in een interview met het blad Polititsjeski Zjoernal dat er „in bepaalde landen pogingen zijn gedaan om een schaduw te werpen de viering, door de redders van Europa voor te stellen als bezetters, terwijl de voormalige SS’ers bijna als vrijheidsstrijders worden geëerd”. Lavrov opmerkingen waren duidelijk gericht aan het adres van Estland en Litouwen, die eerder deze maand Rusland schoffeerden door de uitnodiging voor de herdenkingsceremonie in Moskou af te slaan.
De Baltische landen hebben moeite met de viering van de overwinning van de geallieerden. De staten aan de Oostzee werden als gevolg van het zogenoemde ’Molotov–Ribbentroppact’ tussen het stalinistische Rusland en nazi–Duitsland, in 1940 door de Sowjet-Unie bezet. In 1941, toen Hitler alsnog de oorlog aan Moskou verklaarde, vielen de landen in Duitse handen. Veel Baltische nationlisten zagen hun land liever onder Duitse dan onder Russische bezetting en sloten zich aan bij de SS om de opnieuw oprukkende Russen te stuiten.
De huidige premier Ansip van Estland heeft donderdag nog gezegd dat het verkeerd is om Esten die aan de zijde van nazi–Duitsland vochten te veroordelen. Zij deden dat volgens Ansip in de veronderstelling dat zij hun vaderland verdedigden.
Na de val van het Derde Rijk werden Estland, Letland en Litouwen geannexeerd door de Sowjet-Unie. Honderdduizenden Balten verdwenen in Sowjetstrafkampen of werden vermoord door Stalins geheime dienst.