Faure Gnassingbé (39) heeft dinsdag zijn vader opgevolgd, Gnassingbé Eyadema, die in februari overleed. Als dictator bestuurde hij het West-Afrikaanse land 38 jaar lang, met desastreuze gevolgen. Onder zijn regime daalde het gemiddeld jaarinkomen van 600 dollar in de jaren ’80 tot 270 dollar nu.

In het etnisch zeer diverse Togo schildert Gnassingbé zichzelf af als een symbool van eenheid. Zijn vader was van de Kabaye-stam, die het leger domineert. Ongeveer 12 procent van de bevolking van 5,5 miljoen behoort tot deze stam. Zijn moeder is van de Ewe-stam, waartoe zo’n 20 procent van de Togolezen behoort.

Gnassingbé ziet zichzelf graag als een moderne technocraat, die streeft naar politieke en economische hervormingen. Volgens de campagnewebsite maakt hij deel uit van de vooruitstrevende vleugel van zijn partij, de oude partij van zijn vader. Het gemak waarmee Gnassingbé e-mails en sms-jes verstuurt, getuigt volgens de website van zijn vaardigheid om nieuwe technologieën aan te wenden.

„Ik ben het nieuwe toonbeeld van de Togolese jeugd”, zegt hij zelf. Hij beloofde tijdens zijn campagne meer democratie en vrijheid, omdat alleen op die wijze de problemen van Togo aangepakt kunnen worden. Ook reikte hij de oppositie de hand. Maandag ontmoette hij Gilchrist Olympio, die Gnassingbés belangrijkste tegenstander bij de verkiezingen, Bob Akitani, steunde. Olympio’s vader was Togo’s eerste democratisch gekozen president en werd in 1963 vermoord tijdens de staatsgreep die werd geleid door Gnassingbés vader. De twee omhelsden elkaar en spraken af dat de winnaar van de verkiezingen een regering van nationale eenheid vormt.

Het is nog de vraag in hoeverre Gnassingbé zich werkelijk van zijn verleden heeft gedistantieerd. Hij heeft toegegeven „geschrokken” te zijn van niet bij name genoemde aspecten van zijn vaders regime, maar noemde zijn vader ook „een groots man, een groots president en een groots Togolees.”

Op één punt zal zijn bewind naar eigen zeggen in ieder geval verschillen van dat van zijn vader. Gnassingbé heeft gezegd dat hij niet zijn hele leven president wil zijn. Na uiterlijk tien jaar in de politiek keert hij terug naar de zakenwereld.

Voordat Gnassingbé drie jaar geleden de politieke arena betrad door een parlementszetel te behalen, managede hij zijn vaders landerijen en leidde hij een consultancybureau. Hij diende onder zijn vader als minister van Communicatie en vergezelde hem op buitenlandse reizen. Hij nam deel aan onderhandelingen met de Europese Unie.

Gnassingbé bezocht een middelbare school die hem voorbereidde op een militaire loopbaan, maar studeerde vervolgens bedrijfskunde, economie en internationale betrekkingen in Frankrijk. In de Verenigde Staten haalde hij een mastertitel.