Onwetendheid
De belemmering die een ziel voor Christus toesluit, is onwetendheid. Waar kennis de sleutel is die het hart voor Christus opent, moet onwetendheid het slot zijn dat de deur voor hen gesloten houdt. Op deze grond zei Christus tegen de Samaritaanse vrouw dat haar ongeloof groeide op de wortel van onwetendheid. „Indien gij de gave Gods kende en Wie Hij is, Die tot u zegt: Geef Mij te drinken, zo zoudt gij van Hem hebben begeerd, en Hij zou u levend water gegeven hebben” (Johannes 4:10).Ach, zondaars, wist u slechts welk een Christus Hij is, Die aan uw ziel wordt aangeboden in het Evangelie. Ach, kende u slechts Zijn schoonheid en gepastheid en voelde u uw eigen nood maar. Dan zou de gehele wereld u niet kunnen weerhouden van Hem. U zou om tot de genieting van Hem te komen, doorbreken door alle smaad, alle lijden, alle zelfverloochening.
Doch helaas, het is met u als met hen die tot de Kerk zeiden: Wat is uw liefste meer dan een andere liefste? O, onwetendheid is de scepter van de satan waarmee hij zijn vazallen vasthoudt in de ellendige slavernij. Helaas, waren de ogen van de zondaren geopend om hun gevaarlijke staat te zien en hun middel in Christus, zo kon de satan hen nooit een dag langer in onderwerping houden. Zij zouden van onder zijn wreed bestuur weglopen en bij duizenden naar Christus gaan. Dat doen ze ook zodra God hen de ogen opent.
John Flavel, predikant te Dartmouth (Engeland) (Toetssteen der oprechtigheid, 1744) ****** Einde van alle 1 blokken * Tekst past