Kussenvechters laten het sneeuwen in Groningen
Het sneeuwde woensdag op de Grote Markt in Groningen. Niet uit de lucht, maar uit de kussens die 3000 jongeren gebruikten voor hun wereldrecordpoging kussengevecht. De dunne stof om de kussens scheurde kapot, zodat dons het plein voor de Martinitoren bedekte. Dat mocht de pret niet drukken, want „onze recordpoging is gelukt!”
„Rustig, rustig”, brult een van de organisatoren door de microfoon. „Er staan ook kinderen tussen. Houd je kussen vast tot het sein klinkt.” Het mag niet baten. Voordat de recordpoging begonnen is, zijn er al heel wat kussens gesneuveld.
Officieel moet het kussengevecht om halfzes beginnen. Gedurende één hele minuut mag de 3000 koppen tellende massa zich dan uitleven. Maar om vijf over vijf is de massa niet meer te houden. „Oké, we beginnen wat eerder.”
Wethouder R. Paas van de gemeente Groningen deelt de eerste officiële klap uit. Onmiddellijk verandert de menigte in een vechtende horde. Twee studentes nemen een jongeman te grazen. Enkele tieners rennen door het gekrioel en delen her en der een klap uit. Een radioverslaggever wordt belaagd, hij moet zijn verhaal afbreken.
Kussens vliegen meters ver de lucht in als de minuut voorbij is. De Grote Markt verandert in een sneeuwveld van dons. Sommige studenten glijden uit over het gladde spul. De dreigende regenbui boven het plein blijft gelukkig beperkt tot een paar druppels, anders zou de rommel nog groter worden.
Honderden toeschouwers vergapen zich aan de studenten. Het bordes van het stadhuis staat er vol mee. Zelfs op de Martinitoren staan mensen te kijken. Bij de vele cafés aan het plein is het druk. Bussen rijden stapvoets langs het verder autovrije plein. Kinderen drukken hun neuzen tegen de ruiten om te zien wat de studenten uitspoken.
Het fenomeen ”met zo veel mogelijk mensen een kussengevecht houden” is nog niet zo oud. Het vorige wereldrecord staat op naam van 2773 Amerikanen en werd op 29 september 2004 gevestigd in Dodgeville, in de staat Wisconsin. Maar volgens organisator Janne Kuipers zijn de Nederlanders er een maand eerder mee begonnen. „In Alkmaar, Enschede en Tilburg zijn tijdens de introductiedagen van verschillende hogescholen ook recordpogingen gedaan. Tilburg haalde het hoogste aantal: 1600 deelnemers. Na de succesvolle poging van de Amerikanen wilden wij het record weer naar Nederland halen.”
De recordpoging is georganiseerd ter ere van het twaalfde lustrum van de Groningse studentensportstichting de ACLO. Kuipers: „Wat die afkorting betekent? Ik zou het niet weten, de A is geloof ik van Academie. Ik weet wel dat de stichting zestig jaar bestaat en dat we daarom deze week allerlei activiteiten organiseren.”
Naast geld uitgeven aan het lustrumfeest willen de studenten ook geld ophalen van War Child, een stichting die opkomt voor oorlogskinderen. Kuipers: „Voor en na de activiteiten lopen we met collectebussen rond.” Toch is er op de Grote Markt geen collectebus te zien.
Dat is niet het enige wat misloopt deze middag. De aangekondigde uitleg van de spelregels blijft achterwege. Ook de bijzondere technieken die de organisatie beloofde aan te leren, komen niet uit de verf. Bovendien kunnen honderden studenten onverrichter zake naar huis, omdat de kussens op zijn.
Student Sybrand Jissink (25) staat binnen de hekken, zijn vrienden erbuiten. „Ja, ze hadden gerust 4000 kussens kunnen bestellen, dan waren ze ook gebruikt. Maar goed, nu krijgen andere studentenverenigingen tenminste nog een kans om ons te verbeteren.”
Bovendien kosten de kussens de ACLO ook geld. Jissink: „Ze zijn bij Ikea gekocht. Daar geloofden ze ons eerst niet, toen we 3000 kussens bestelden.” De gemeente Groningen nam een deel van de kosten voor haar rekening. In ruil daarvoor prijkt het logo van de gemeente op de kussens.
Niet alle Groningers lopen zo warm voor het grote gevecht. Een jonge vrouw die op de bus staat te wachten, vindt al dat dons maar niets. „Ik moet nog zien of ze het ook weer opruimen.”
De studenten moeten hun kussens mee naar huis nemen. Maar aangezien er meer kussens kapot zijn gegaan dan heel gebleven, hebben de veegwagens van de gemeente nog werk genoeg om de Grote Markt schoon te krijgen.