Door geruchten over een nieuwe beving sloegen tienduizenden inwoners van Simuelue op de vlucht. Honderden Niassers maakten zich op om het eiland te verlaten.

Volgens verscheidene Indonesische media moeten inwoners van Nias die per boot naar Sumatra willen, hoge prijzen betalen, vaak meer dan een dagloon. Volgens hulpverleners zijn vele duizenden mensen zo getraumatiseerd door het dood en verderf van de zeebevingen van tweede kerstdag en tweede paasdag dat ze geen toekomst meer zien op de eilanden.

De boten die de vluchtelingen moeten vervoeren zijn overvol. De zeker twaalf uur durende reis naar het Sumatraanse Sibolga is ook niet zonder gevaar. Maar de meesten zijn ervan overtuigd dat op enig moment de eilanden voor de derde keer getroffen zullen worden en dat willen ze niet afwachten.

De Verenigde Naties schatten dat het aantal doden door de jongste zeebeving zeker 1300 zal belopen. Vooral de hoofdstad van Nias, Gunung Sitoli, is hard getroffen. De Indonesische minister van Publieke Werken, Djoko Kirmanto, zei vrijdag tegen het persbureau Antara dat circa 70 procent van de gebouwen in de stad is verwoest. In de stad is nauwelijks stroom, water of voedsel.

Volgens The Jakarta Post zijn reddingswerkers gestopt met het zoeken naar overlevenden in de stad. Mede door de aanhoudende regenval achten zij de kans dat er nog mensen levend onder de puinhopen liggen nagenoeg nihil. Intussen is er wel voedselhulp gearriveerd in de stad.

Reddingshelikopters uit Singapore hebben vrijdag vijf Belgen, een Zweed en een Australiër van het kleine eiland Asu gehaald, niet ver van Nias. De groep toeristen zat er sinds de zeebeving vast. Asu is net als Nias een topbestemming voor surfers. De buitenlanders zijn naar Medan op het eiland Sumatra gebracht.