Vele tientallen Molukkers verzamelen zich maandagmiddag bij een ontmoetingscentrum in de Molukse wijk van Moordrecht. Geflankeerd door een paar lijfwachten haast president Tutuhatunewa van de regering in ballingschap van de Republik Maluku Selatan (RMS) zich naar een zaal om met andere Molukse prominenten te overleggen over de crisis.

„M’n bloed begon te koken toen ik het nieuws hoorde van de dood van twaalf christenen op Ambon”, zegt Molukker Jan Turubassa, die vanuit Deventer naar Moordrecht is gekomen. „M’n zussen wonen op de Molukken. M’n eigen volk wordt uitgeroeid. Dat kunnen we toch zomaar niet laten passeren?”

Turubassa, zelf christen, vindt dat de Nederlandse regering zich te weinig inzet voor de Molukkers. „Ik geef toe dat premier Kok met de Molukkers heeft gepraat, maar toch doet de overheid veel te weinig. Voor deelname aan vredestroepen in Bosnië staan ze hier meteen klaar. Maar het geweld op de Molukken krijgt minimale aandacht. Er worden zaken in de doofpot gestopt.” Nederland wil Indonesië te vriend houden, denkt Turubassa. „Nederland heeft economische belangen. Daarom houdt de regering zich stil.”

Turubassa is er zeker van dat de Indonesische overheid achter de opgelaaide onlusten op de Molukken zit. „Het gaat niet zozeer om een strijd tussen christenen en moslims op Ambon. De fundamentalistische moslims van Laskar Jihad die aan het moorden zijn geslagen, komen van buiten de Molukken. De Indonesische regering is eropuit om onrust te stoken, zodat de Molukkers hun onafhankelijkheidsstrijd opgeven. Indonesië is bang dat het land uit elkaar valt.”

Ook Joram Tentua (21), vice-voorzitter van de Molukse jongerenorganisatie Pemuda RMS, denkt dat de Indonesische regering aanstichter is van de onlusten op Ambon. „De Indonesische overheid speelt een spel. De moslims en christenen op Ambon zijn het oorlogvoeren beu. De moslimextremisten van Laskar Jihad horen niet op de Molukken.”

De gemoederen onder Molukkers in Nederland zijn de afgelopen dagen hoog opgelopen, zegt Tentua. Via internet en door middel van telefoontjes volgt hij de situatie op de Molukken op de voet. „Er heerst boosheid, verdriet, pijn, woede. Daar, maar hier ook.”

Tegen zes uur is het zaaltje van het aftandse gebouw in Moordrecht tot de nok gevuld. Vele tientallen Molukkers beraden zich op acties. De gezichten staan ernstig.

In een belendend vertrek improviseert de RMS-regering in ballingschap een ontmoeting voor de toegestroomde pers. Achter president Tutuhatunewa prijkt de RMS-vlag. Bodyguards houden een oogje in het zeil.

Het belangrijkste op dit moment is dat extremistische moslims van de Molukken worden verjaagd, zegt RMS-kabinetslid J. Wattilete. „Die extremisten zijn de bron van alle ellende. Amerika wil de oorlog aangaan met moslims die banden hebben met Bin Laden. Dan moeten de moslimextremisten op de Molukken ook worden aangepakt.”

Wattilete kondigt hardere acties in Nederland aan. „Krachtdadiger acties dan tot nu toe. Het is kennelijk niet meer voldoende om alleen maar te zeggen dat je verontrust bent.” Binnenkort zal er in een van de grote steden een protestdemonstratie worden gehouden. Geweld zal er bij de protestacties volgens Wattilete niet aan te pas komen. „U hoeft van ons geen enge dingen te verwachten.”