Kraambureaus worden in plaats daarvan gedwongen te werken met een zogenaamd indicatieprotocol. Een verpleegkundige bepaalt daarbij aan de hand van diverse gezinskenmerken, zoals het aantal kinderen, de duur van de kraamhulp na de geboorte. Veel verzekeraars werken met een gemiddelde van hooguit 40 uur, terwijl dat 64 uur was.

Adjunct-directeur G. de Wit van Kraamzorg De Waarden uit Schoonhoven ziet de ontwikkeling als een verschraling. „De kraamhulp blijft nu beperkt tot instructie, voorlichting en observatie.” Vooral kraambureaus uit grote steden verkeren daardoor volgens hem in financiële nood.

Vier grote zorgverzekeraars, Agis, Achmea, Univé en CZ, vormen samen een werkgroep die de landelijke invoering van het indicatieprotocol moet voorbereiden. De werkgroep is het initiatief van vier partijen: Zorgverzekeraars Nederland (ZN), de Landelijke Vereniging voor Thuiszorg (LvT), Branchebelang Thuiszorg Nederland (BTN) en de beroepsvereniging van verpleegkundigen Sting.

„We moeten doelmatiger omgaan met de kraamzorg. Anders wordt hij helaas onbetaalbaar”, aldus de woordvoerder van de werkgroep.

Leidraad bij het vaststellen van het protocol is volgens hem een recent verschenen rapport van onderzoeksbureau TNO. Daaruit blijkt dat de kraamtijd gemiddeld zo’n 45 uur duurt.