Werkgevers willen ook met niet-vakbondsleden praten over cao
Werkgeversvereniging AWVN wil dat ook werknemers die geen lid zijn van een vakbond kunnen meepraten over hun cao. Zo moet het voor werkgevers aantrekkelijker worden om mee te doen aan zo’n collectieve arbeidsovereenkomst. Met name bedrijven in relatief nieuwe sectoren als fintech en ICT zien dit vaak niet zitten, waardoor werknemers relatief gezien minder vaak een cao hebben en het stelsel onder druk is komen te staan.
AWVN vindt dat de vereniging met het oog op die lagere dekkingsgraad vooral zelf „veel werk te doen heeft”, zegt een woordvoerder in een toelichting op een vrijdag gepubliceerde ‘discussienota’. Met „oplossingsrichtingen” willen de werkgevers alvast hun standpunt delen, in afwachting van een Kamerbrief van minister Eddy van Hijum (Sociale Zaken) over „mogelijk onderhoud van het cao-stelsel” later dit jaar. Van Hijum erkende eind vorig jaar dat het stelsel onder druk staat.
Dat komt onder meer door een nieuwe Europese richtlijn, waarin staat dat 80 procent van de werknemers onder een cao moet vallen. Nederland zit al jaren op ruim 70 procent. „Groei van dat percentage gaat moeizaam, omdat vooral bedrijven in nieuwe bedrijfstakken zich vaak niet aansluiten bij de branchevereniging waardoor een bedrijfstak-cao niet algemeen verbindend wordt verklaard”, stelt AWVN.
Door ook in te zetten op meer maatwerk, wil de vereniging het voor werkgevers aantrekkelijker maken weer aan te sluiten bij een cao. Zij haken nu bijvoorbeeld af omdat zij of hun werknemers het niet eens zijn met verplichte vrije dagen of beloningsregelingen.
AWVN wil zelf meer langsgaan bij bedrijven om de toegevoegde waarde van een cao duidelijk te maken. Bij een deel is dit niet voldoende bekend. Een ander deel twijfelt over deelname door het teruglopende aantal leden van vakbonden. „Namens wie praat die vakbond nou eigenlijk?”, benoemt de woordvoerder een gehoorde twijfel. Daarom hopen werkgevers dat ook niet-leden kunnen gaan meepraten.