Bos zwijgt op cruciale momenten
Namen of precieze aantallen van ambtenaren die wisten van vooroverleg door bouwbedrijven gaf klokkenluider Ad Bos vrijdag voor de Rotterdamse rechtbank niet vrij. Hij wist wat hij wel en niet kon en hoefde te zeggen als getuige. In dezelfde zaak is hij tenslotte ook nog verdachte.
Het werd bij zijn verhoor dan ook poeren en peuteren door de advocaten van de vier grote bouwbedrijven, Heijmans, KWS, BAM en Koop Tjuchem, die verdacht worden van fraude. Enkele malen tijdens het verhoor schorste de rechtbank voor korte tijd om zich te beraden of Bos echt niet hoefde te antwoorden.
Bos beriep zich herhaaldelijk op zijn ’verschoningsrecht’ omdat hij zijn veroordeling voor omkoping van een ambtenaar aanvecht en omdat hij wordt beschuldigd van meineed. Tijdens de tientallen malen dat hij is verhoord heeft hij de ene keer net iets anders gezegd dan een andere keer. De laatste keer, half februari, was hij aanzienlijk minder concreet in zijn kennis van ambtenaren die wisten van vooroverleg.
Hij hield het erop dat hij ervan wist „uit de wandelgangen" en dat zijn eerdere beweringen over aantallen ambtenaren gebaseerd waren op percentages van de kerstcadeautjeslijst van zijn voormalige werkgever Koop Tjuchem. Daarop stonden 1300 namen van opdrachtgevers die uit dank voor de opdracht werden gefêteeerd. Daaronder waren, naast enkele particulieren, veel vertegenwoordigers van rijksdiensten, provinciale overheden of gemeentelijke diensten. En daarvan had hij weer een bepaald percentage genomen. Zo kwam hij toen tot een totaal van 135 ambtenaren die in de watten waren gelegd. „Maar dat waren inschattingen", zegt hij nu.
Voor de advocaten zijn concrete gegevens over aantallen en namen handvaten voor hun stelling dat de overheid heeft geweten van het vooroverleg in de bouw. En als dat zo is, dan is er geen sprake van oplichting en schuift de belangrijkste aantijging tegen de bouwbedrijven en hun twaalf directeuren onderuit.
Dat zou een gevoelige nederlaag zijn voor het Openbaar Ministerie. De officier van justitie steunde Bos dan ook in zijn herhaalde beroep op hetverschoningsrecht. De advocaten moesten na afloop van de ruim twee uur concluderen: „Met Bos komen we er niet doorheen".