Provincies willen extra geld voor rivierenplan
Er is zo’n 2,5 miljard euro nodig om de gebieden rond de grote rivieren in Nederland te beschermen tegen overstromingen. Dat is 0,6 miljard euro meer dan door het Rijk was begroot.
Dat stelden de provincies Gelderland, Overijssel, Noord-Brabant, Utrecht en Zuid-Holland maandag bij de presentatie van hun regioadvies aan staatssecretaris Schultz van Haegen in Den Haag.
Het doel van de provincies is „de rivieren zo veel ruimte geven dat het rivierengebied blijvend is beschermd tegen overstromingen.” Dat is nodig omdat het klimaat verandert. Door de nattere winters krijgen rivieren meer water te verwerken, waardoor de kans op overstromingen toeneemt. Het verhogen van dijken is niet overal een oplossing. Bovendien is dat niet eindeloos mogelijk. „We moeten ruimte geven aan rivieren, anders nemen de rivieren die ruimte zelf”, aldus Schultz van Haegen.
De provincies adviseren de staatssecretaris sommige dijken te verleggen en op andere plaatsen de uiterwaarden te verdiepen. Als uitgangspunt geldt een zeespiegelstijging van 60 centimeter in de komende eeuw en een rivierafvoer van ongeveer 18.000 kubieke meter water per seconde. Momenteel is dat 16.000 kubieke meter per seconde.
„Door in te zetten op een langetermijnaanpak wordt tevens het restrisico verkleind. Hierdoor kunnen noodoverloopgebieden langs de Rijn achterwege blijven”, stelde H. W. C. G. Keereweer, gedeputeerde van de provincie Gelderland en voorzitter van de Stuurgroep Bovenrivieren gisteren. Staatssecretaris Schultz van Haegen bestrijdt dit. Volgens haar blijft het nodig dat er enkele overloopgebieden bestaan. Wel wil ze kijken of een van de huidige drie gebieden kan vervallen.
Of de plannen van de provincies doorgaan, blijft nog even de vraag. Volgende week overlegt de staatssecretaris met de gedeputeerden. Dan zal zij ook aangeven of ze meer geld wil uittrekken dan de geplande 1,9 miljard euro.