Veel onvrede over lokale politiek
Bijna 60 procent van de Nederlandse burgers is ontevreden over de kwaliteit van het lokale bestuur in zijn gemeente. De burgers merken te weinig van het nieuwe duale stelsel en vinden dat ze te weinig invloed hebben op de besluiten van de gemeentepolitiek.
Dat bleek woensdag op een bijeenkomst van de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) in Den Haag, waar minister De Graaf van Bestuurlijke Vernieuwing het jaarbericht van de begeleidingscommissie voor dualisme in ontvangst nam. In dit jaarbericht staan de uitkomsten van een onderzoek onder meer dan 3400 mensen uit 53 verschillende gemeenten.
Volgens tweederde van de ondervraagden zijn er in zijn gemeente veel problemen waarvoor de politiek geen oog heeft. Ongeveer de helft heeft geen belangstelling voor de plaatselijke politiek en kan een raadslid of wethouder niet bij naam noemen. Een iets grotere groep kan zelfs niet duidelijk maken wie verantwoordelijk is voor de besluiten van het gemeentebestuur.
De term dualisme is bij de meeste burgers onbekend. Met dit nieuwe stelsel voor de lokale politiek, dat in 2002 is ingevoerd, kwam er meer politieke afstand tussen de gemeenteraad en het college van B en W. De wethouders hebben vooral een bestuurlijke taak, terwijl de raad op hoofdlijnen het beleid vaststelt en het college in de uitvoering daarvan controleert.
Door de invoering van het dualisme zijn wethouders niet meer vanzelfsprekend verzekerd van de steun van hun eigen partij in de gemeenteraad. Behalve tegenover de oppositie moeten de bestuurders hun beleid nu ook tegenover de eigen achterban en collega-wethouders verdedigen. Vorig jaar trad een recordaantal van 145 wethouders af. Een aantal van hen denkt het vertrek te danken te hebben aan het nieuwe stelsel, waarin de raad te graag zijn gezag laat gelden.
Hoewel deze redenering ook veel tegenstanders kent, werd woensdag wel ondubbelzinnig aangetoond dat het lokaal bestuur zich sinds de invoering van het dualisme schuldig heeft gemaakt aan navelstaren. „Er is vooral sprake van stil dualisme”, aldus de opstellers van het jaarbericht. „Iedereen in het gemeentehuis is er erg druk mee, maar de buitenwacht merkt er betrekkelijk weinig van.” De rapporteurs achten het begrijpelijk dat een vernieuwingsoperatie aan het begin vooral intern wordt doorgevoerd, „maar deze interne oriëntatie heeft bij dualisering wat erg lang geduurd.”
Het dualisme werpt in sommige gemeenten wel vruchten af, constateert het rapport. Dat geldt vooral voor gemeenten die met aanvullende maatregelen hebben geïnvesteerd in de relatie tussen politiek en samenleving. Dat kunnen allerlei democratische vernieuwingen zijn, aldus het opstellers, „zoals de instelling van het recht op burgerinitiatief, een raadsspreekuur, politieke markt of digipanel.” Ook de invoering van de gekozen burgemeester zou volgens minister De Graaf het duale stelsel sterker kunnen maken doordat het de burger meer bij de plaatselijke politiek moet betrekken.